-
1 honneurs
♦voorbeelden:¶ de honneurs waarnemen • faire (à qn.) les honneurs de la maison -
2 klaver
♦voorbeelden:1 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 van de klaver naar de biezen lopen • changer son cheval borgne pour un aveugle -
3 ruit
♦voorbeelden:een ruit inzetten • poser une vitre -
4 aftroeven
♦voorbeelden:1 nu moet je (die negen) aftroeven • maintenant, il faut que tu coupes (ce neuf)
Перевод: с нидерландского на французский
с французского на нидерландский- С французского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Французский