-
1 omwentelen
1 [om zijn as draaien] tournerII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [rondwentelen] faire tourner2 [omkeren] inverser♦voorbeelden: -
2 omkantelen
-
3 omloop
♦voorbeelden:vals geld in omloop brengen • mettre de la fausse monnaie en circulationtegenstrijdige berichten in omloop brengen • répandre des informations contradictoiresniet meer in omloop zijn • ne plus avoir cours -
4 omrollen
1 [omwerpen] renverser2 [omwentelen; oprollen] rouler♦voorbeelden:zich op zijn buik omrollen • se tourner sur le ventre1 [zich rollend omdraaien; rollend omvallen] rouler♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на французский
с французского на все языки- С французского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский