-
1 neerstrijken
-
2 neerstrijken
v. perch, pitch, settle, alight, swoop -
3 de vlag neerstrijken
de vlag neerstrijkenstrike/lower the flagVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de vlag neerstrijken
-
4 het haar neerstrijken
het haar neerstrijkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het haar neerstrijken
-
5 op een terrasje neerstrijken
op een terrasje neerstrijkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een terrasje neerstrijken
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский