-
1 misplaatste trots
misplaatste trotsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > misplaatste trots
-
2 pride
n. trots; hoogmoed; eigenwaarde--------v. trots zijn op[ prajd]1 trots ⇒ verwaandheid, hoogmoed♦voorbeelden:have/take pride of place • nummer één zijntake (a) pride in • fier/trots zijn op -
3 boast
n. bluf, grootspraak--------v. opscheppenboast1[ boost] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 trots ⇒ roem, glorie♦voorbeelden:————————boast21 opscheppen ⇒ overdrijven, sterke verhalen vertellen♦voorbeelden:1 boast about/of • opscheppen over, zich laten voorstaan opII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 this town boasts a stadium • deze stad is de trotse bezitter van een stadion/is een stadion rijk -
4 false pride
-
5 fierté mal placée
fierté mal placée -
6 misplaatst
♦voorbeelden:misplaatste trots • unwarranted pride
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский