-
1 show
n. toneelstuk; opvoering; programma; tentoonstelling; amusementsvoorstelling, schouwspel, show; vertoon; schijn--------v. tonen, laten zien; duidelijk maken; aantonen, bewijzen; vertonen; tentoonstellenshow1[ sjoo]♦voorbeelden:a fine show of blossoms • een prachtige bloesemtooimake a show of one's learning • te koop lopen met zijn geleerdheidunder a show of benevolence • onder het mom van welwillendheidno show of resistance • geen enkel blijk van verzetgood show! • goed geprobeerd!put up a good show • een goede prestatie leverenlet's get this show on the road • laten we nu maar eens beginnengive the (whole) show away • de hele zaak verradensteal the show • de show stelen〈 informeel〉 all over the show • door elkaar, overal1 uiterlijk ⇒ schijn, opschepperij♦voorbeelden:she only does it for show • ze doet het alleen voor de show3 what's on show today? • wat wordt er vandaag vertoond?objects on show • de tentoongestelde voorwerpen————————show21 (zich) (ver)tonen ⇒ (duidelijk) zichtbaar zijn, (ver)schijnen, eruitzien, vertoond worden 〈 van film〉♦voorbeelden:his education shows • het is goed merkbaar dat hij goed onderlegd isthe scar still shows • het litteken is nog goed te zienyour slip is showing • je onderjurk komt eruittime will show • de tijd zal het lerenwhat's showing at the cinema? • wat draait er in de bioscoop?her Dutch accent still shows through • haar Nederlandse accent is nog (goed) hoorbaar¶ it just goes to show! • zo zie je maar!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (aan)tonen ⇒ laten zien, tentoonstellen, vertonen2 uitleggen ⇒ demonstreren, bewijzen♦voorbeelden:show me an example • geef me een voorbeeldshe never shows her feelings • ze toont haar gevoelens nooitthis year's figures show some recovery • de cijfers van dit jaar geven enig herstel te zienwhich film are they showing? • welke film draaien ze?he has nothing to show for all his work • zijn werk heeft helemaal geen vruchten afgeworpenshow me the truth of what you're saying • bewijs me dat het waar is wat je zegtthis goes to show that crime doesn't pay • dit bewijst dat misdaad niet loonthe showed me how to write • hij leerde me schrijvenshow one's kindness • vriendelijk blijken te zijnimpressed by the vast knowledge she showed • onder de indruk van de enorme kennis die ze aan de dag legdeshow bad taste • van een slechte smaak getuigenshow someone in/out • iemand binnenlaten/uitlatenhe showed us (a)round the house • hij liet ons het huis zienshow her into the waiting room • breng haar naar de wachtkamerI'll show you out of the house • ik zal u uitlatenshow someone over the factory • iemand een rondleiding geven door de fabriek6 Lord, show mercy • Heer, schenk genade
См. также в других словарях:
empty — [emp′tē] adj. emptier, emptiest [ME emti & (with intrusive p ) empti < OE æmettig, unoccupied, lit., at leisure < æmetta, leisure (< æ , without + base of motan, to have to: see MUST1) + ig, Y2] 1. containing nothing; having nothing in… … English World dictionary
empty — emptiable, adj. emptier, n. emptily, adv. emptiness, n. /emp tee/, adj., emptier, emptiest, v., emptied, emptying, n., pl. empties. adj. 1. containing nothing; having none of the usual or appropriate contents: an empty bottle. 2. vacant; unocc … Universalium
empty — I. adjective (emptier; est) Etymology: Middle English, from Old English ǣmettig unoccupied, from ǣmetta leisure, perhaps from ǣ without + metta (probably akin to mōtan to have to) more at must Date: before 12th century 1. a. containing nothing … New Collegiate Dictionary
empty — /ˈɛmpti / (say emptee), /ˈɛmti / (say emtee) adjective (emptier, emptiest) 1. containing nothing; void of the usual or appropriate contents: an empty bottle. 2. vacant; unoccupied: an empty house. 3. without burden or load: an empty wagon. 4.… …
empty — adj., v., & n. adj. (emptier, emptiest) 1 containing nothing. 2 (of a house etc.) unoccupied or unfurnished. 3 (of a transport vehicle etc.) without a load, passengers, etc. 4 a meaningless, hollow, insincere (empty threats; an empty gesture). b… … Useful english dictionary
empty — emp•ty [[t]ˈɛmp ti[/t]] adj. ti•er, ti•est, 1) containing nothing; devoid of contents 2) vacant; unoccupied 3) devoid of human activity 4) hollow; meaningless 5) unemployed; idle: empty days[/ex] 6) math. Math. (of a set) containing no elements;… … From formal English to slang
empty — 1. adjective /ɛmptiː/ a) devoid of content b) Containing no elements (as of a string or array), opposed to being null (having no valid value). Syn: clean … Wiktionary
empty — emp·ty || emptɪ v. remove the contents of, make empty adj. containing nothing; without people; hollow, meaningless n. container devoid of contents … English contemporary dictionary
empty — ► ADJECTIVE (emptier, emptiest) 1) containing nothing; not filled or occupied. 2) having no meaning or likelihood of fulfilment: an empty threat. 3) having no value or purpose. ► VERB (empties, emptied) … English terms dictionary
Empty nose syndrome — (ENS) is a medical term coined by Dr. Kern and Dr. Stenquist (1996) to describe a cluster of symptoms that often occurs when a nose is crippled by over resection of the inferior and/or middle turbinates of the nose. ENS can be considered as a… … Wikipedia
Make Me a Millionaire — title card. Format Game/Lottery Show Created by J.D. Roth … Wikipedia
