-
61 afkeurende blik
afkeurende blika disapproving look, a look of disapprovalVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > afkeurende blik
-
62 afkijken
-
63 argwanend
♦voorbeelden:iemand argwanend aankijken • look at someone suspiciously -
64 begrafenisgezicht
1 gloomy/sombre face/look/expression♦voorbeelden:Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > begrafenisgezicht
-
65 behartigen
♦voorbeelden:ik kan mijn eigen belangen wel behartigen • I can manage my own affairs -
66 beschouwen
♦voorbeelden:iets als zijn plicht beschouwen • consider something (as) one's dutyals verloren beschouwen • give up (for lost)ik beschouw dit als een eer • I regard this as an honoureen brief als niet geschreven beschouwen • disregard a letter -
67 beteuterd
♦voorbeelden:beteuterd kijken • look dismayed -
68 bewonderen
♦voorbeelden:iemand bewonderen om zijn geduld • admire someone for his patience -
69 blikken
-
70 doorkijken
1 [door iets heen kijken/zichtbaar zijn] look through♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
71 eens
I 〈 bijwoord〉1 [eenmaal] once2 [nog eenmaal] twice4 [ter versterking] 〈zie voorbeelden 4〉♦voorbeelden:dat is eens en nooit weer • once is enougheens in het uur • hourly, every houreens in de week/drie maanden • once a week/every three monthsmeer dan eens • more than onceeens te meer • (all the) more so2 geef mij nog eens zoveel, a.u.b. • would you give me twice as much/manyeens zo groot • twice as large/bigkom eens langs • drop by sometimeer was eens • once upon a time there wasLonden is niet meer wat het eens was • London is not what it used to beik heb de groenten nu eens gestoomd • I steamed the vegetables for a changedat is weer eens wat anders • that makes a changehet gebeurt nog al eens dat • it does (sometimes) happen thatzeg, vertel me eens, Jan • tell me, Jan!waag het eens • don't you darewacht eens • wait a minuteje zult eens zien wat er gebeurt • you'll see (what happens)dat zou best eens kunnen • that might well be the caseik spreek nog niet eens over de rest • to say nothing of the restniet eens tijd hebben om • not even have the time tohij keek niet eens • he did not even looknee en nog eens nee • once and for all: no!nog eens • once more, (once) again; 〈 formeel〉 anew, afreshdat is nog eens een flinke vent/mooie vrouw • (now) that's what I call a real man/a beautiful womanals we nu eens … • suppose we …, how about …?u zou wel eens gelijk kunnen hebben • you could/might (well) be rightwel eens • once in a while, sometimesje moet je eens na laten kijken • you really should have a check-up; 〈 ironisch〉 you need your head examinedkijk eens aan! • just look at that!II 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 [van dezelfde mening] agreed, in agreement♦voorbeelden:1 het over de prijs eens worden • agree on a/about the pricehet erover eens zijn, dat … • agree that …het eens zijn • agree, be in agreementhet met iemand eens zijn • agree with someonehet niet eens zijn met iemand • disagree with someonehet met zichzelf niet eens kunnen worden • not be able to make up one's mind, be undecidedhet op sommige punten niet eens kunnen worden • be unable to reach agreement on certain points -
72 er goed uitzien
er goed uitzienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er goed uitzien
-
73 er goed/slecht voorstaan
er goed/slecht voorstaan〈 met betrekking tot zaken〉 look/not look promising; 〈 met betrekking tot personen〉 be doing well/be in a bad wayVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er goed/slecht voorstaan
-
74 er onfris uitzien
er onfris uitzienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er onfris uitzien
-
75 er puik uitzien
er puik uitzienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er puik uitzien
-
76 eruitzien als een verzopen kat
eruitzien als een verzopen katlook like a drowned rat, look bedraggledVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > eruitzien als een verzopen kat
-
77 gehavend
♦voorbeelden:1 wat is dat boek gehavend • isn't that book battered/tatteredwat ziet hij er gehavend uit • doesn't he look bedraggledgehavend uit de strijd komen • come out the worse for wear -
78 hebben
2 [getroffen zijn door] have, be3 [in genoemde omstandigheden verkeren] have, be4 [(gevoelens) koesteren] have ⇒ be5 [beschikken over] have (got)6 [krijgen] have8 [met betrekking tot iets dat gedaan kan/moet worden] have9 [aantreffen] be, have11 [verdragen] stand, take12 [+ aan] [nut ondervinden van] be of use (to)♦voorbeelden:1 heb jij een auto? • have you got a car?ze heeft een boetiekje/reclamebureau • she has a boutique/an advertising agencyiemands hele hebben en houden • all someone's belongingsiets moeten hebben • need somethingiets willen hebben • want somethinghet heeft er veel van dat … • it looks very much as if …iets bij zich hebben • be carrying something, have something with oneiets vrolijks over zich hebben • make a cheerful impression, have a certain cheervan wie heeft hij dat? • who/where has he got that from?veel van iemand/iets hebben • look very much/be very like someone/somethingik heb het niet van mezelf • I haven't thought/dreamt that up myselfwat heb je? • what's the matter/wrong with you?wat heb je toch? • what's come over you?iets aan de voet hebben • have something wrong with one's foot/foot trouble3 ik hoop dat je mooi weer hebt • I hope you'll have good weather/the weather will be finehet koud/warm hebben • be cold/hothoe heb ik het nu met je? • what's up with you?ik wist niet hoe ik het had • I didn't know what to make of ithoe heb je het gehad? • did you have a good time?, how did you get on?hebben jullie wel eens wat met elkaar? • is there anything between you?hij heeft iets tegen mij • he has grudge against mehij heeft er niets op tegen • he has no objectionshoe wilt u het hebben? • how would you like it? 〈 bijvoorbeeld bij bank, met betrekking tot geld〉ze heeft het helemaal • she's really got itik heb al veel plezier gehad van mijn nieuwe p.c. • my new pc has given me a lot of pleasureik heb het • I've got itvan wie heb je dat? • who told/gave you that?ik heb nooit Spaans gehad • I've never learned Spanishik moet nog een tientje van hem hebben • he still owes me ten guilders〈 beledigend〉 wat moet je (van me) hebben? • what do you want (from me)?ik moet er niets van hebben • I want nothing to do with itdat heb je ervan • that's what you getzo, dat hebben we ook weer gehad • well, that's that(het) met iemand te doen hebben • be/feel sorry for someonedagelijks met iemand te doen hebben • see someone every daydaar heb je het al • I told you soje hebt/men heeft ook groene • there are/you get green ones as wellwat zullen we nu hebben • hey, what's this?(kijk eens) wie we daar hebben • look who's here!zo wil ik het hebben • that's how I want itiets (gedaan) willen hebben • want (to see) something donedaar heb ik je • (I've) got you thereik heb hem zover • I've managed to persuade himeen klap van heb ik jou daar • a stunning blow/mighty thump11 hij kan veel/niet veel hebben • he can take a lot, he can't take much〈 ironisch〉 nou, daar heb ik veel aan! • oh, a (fat) lot of good that will do menu weten we tenminste wat we aan elkaar hebben • at least now we know where we standwat heb je aan een mooie auto als je niet kunt rijden? • what's the use of a beautiful car if you can't drive?¶ 〈 sport〉 die had je makkelijk kunnen hebben • that one should have been yours 〈met betrekking tot bal terugslaan/stoppen enz.〉ik moest je net hebben • you're just the person I want/have been looking formoet je net Freek hebben • you can imagine Freek's reaction!iedereen heeft het erover • everybody's talking about ithij had het niet meer • it was all just too much for himwel heb ik ooit! • well, I never!ik heb het niet op hem • I don't like/trust himik zal het er met hem over hebben • I'll talk to him about itik weet niet waar je het over hebt • I don't know what you're talking aboutdaar heb ik het straks nog over • I'll come (back) to that later on/in a momentnu we het daar toch over hebben • now that you mention it …daar wil ik het nu niet over hebben • I won't go into that nowik heb het tegen jou • I'm talking to youiemand als vriend hebben • be friends with someoneII 〈 hulpwerkwoord〉1 [ter aanduiding van de voltooide tijd bij werkwoord] have♦voorbeelden:1 gelachen dat we hebben • did we have a laugh!had ik dat maar geweten • if (only) I had known (that)had dat maar gezegd • if only you'd told me (that)ik heb met hem op school gezeten • I went to school with himhij had gezwommen • he had been swimming -
79 hemd
2 [overhemd] shirt♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 iemand het hemd van zijn lijf/gat vragen • want to know everything (from someone); 〈 lastig〉 pester someone (with questions)in zijn hemd staan • 〈figuurlijk; beroofd〉 be stripped of everything/cleaned out; 〈figuurlijk; voor gek〉 look a fool/foolish; 〈 letterlijk〉 be in one's vest/undershirt〈 figuurlijk〉 iemand in zijn hemd zetten • make someone look a fool/foolish〈 figuurlijk〉 iemand tot op het hemd uitschudden/uitkleden • take the shirt off someone's back, clean someone outtot op het hemd nat zijn • be soaked to the skin〈 spreekwoord〉 het hemd is nader dan de rok • near is my shirt, but nearer is my skin -
80 het heeft er nog weinig van
het heeft er nog weinig vanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het heeft er nog weinig van
См. также в других словарях:
look — look … Dictionnaire des rimes
look — /look/, v.i. 1. to turn one s eyes toward something or in some direction in order to see: He looked toward the western horizon and saw the returning planes. 2. to glance or gaze in a manner specified: to look questioningly at a person. 3. to use… … Universalium
Look — (l[oo^]k), v. i. [imp. & p. p. {Looked}; p. pr. & vb. n. {Looking}.] [OE. loken, AS. l[=o]cian; akin to G. lugen, OHG. luog[=e]n.] 1. To direct the eyes for the purpose of seeing something; to direct the eyes toward an object; to observe with the … The Collaborative International Dictionary of English
look — ► VERB 1) direct one s gaze in a specified direction. 2) have an outlook in a specified direction. 3) have the appearance or give the impression of being. ► NOUN 1) an act of looking. 2) an expression of a feeling or thought by looking at someone … English terms dictionary
look — [look] vi. [ME loken < OE locian, akin to OS lōkōn, OHG luogēn (Ger dial. lugen), to spy after, look for] 1. to make use of the sense of sight; see 2. a) to direct one s eyes in order to see b) to direct one s attention mentally upon something … English World dictionary
Look — ist ein Begriff/Wort aus der englischen Sprache, das sowohl als Verb als auch Hauptwort vielfältige Bedeutung haben kann: als Anglizismus, wird Look vor allem als Synonym im Sinne von Aussehen bzw. Stil verwendet, z. B.: Afro Look, wilde… … Deutsch Wikipedia
look — [ luk ] n. m. • 1977; mot angl. « aspect, allure » ♦ Anglic. Aspect physique (style vestimentaire, coiffure...) volontairement étudié, caractéristique d une mode. Il a un drôle de look. ⇒ allure, genre. Un look d enfer. Changer de look. ♢ Image… … Encyclopédie Universelle
Look-in — was a long running children s magazine centered around ITV s television programmes in the UK, and subtitled The Junior TV Times . It ran from January 9, 1971 to 12 March 1994 [ [http://www.geocities.com/juniortvtimes2006/94No10/1994 no10 pg01… … Wikipedia
look — 1. non standard uses. There are various idiomatic uses of look that are confined to particular parts of the English speaking world and are not part of standard English: for example look you as a way of attracting attention, found in Shakespeare • … Modern English usage
LOOK — LOOK, established in Nevers, France in 1951, was originally a ski equipment manufacturer. The company produced bindings both under its own name and under other brands such as Rossignol and Dynastar. The partnership with Rossignol (which later… … Wikipedia
Look — [lʊk], der; s, s: (besonders in Bezug auf Mode) bestimmter Stil: einen sportlichen Look bevorzugen; einen neuen Look kreieren. Syn.: ↑ Aussehen, ↑ Note, ↑ Optik. Zus.: Astronautenlook, Gammellook, Safarilook, Schlabberlook, Trachtenlook. * * *… … Universal-Lexikon