-
101 bovenliggen
1 [boven op iemand liggen] lie on top -
102 braak liggen
braak liggenlie fallow/waste -
103 braak
-
104 dat is van a tot z gelogen
dat is van a tot z gelogenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat is van a tot z gelogen
-
105 dat lieg je!
dat lieg je!that's a lie! -
106 de balken liggen dwars
de balken liggen dwarsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de balken liggen dwars
-
107 de dagen die voor ons liggen
de dagen die voor ons liggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de dagen die voor ons liggen
-
108 de hele nacht wakker liggen
de hele nacht wakker liggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de hele nacht wakker liggen
-
109 de ligging van de heuvels
de ligging van de heuvelsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de ligging van de heuvels
-
110 drukken
♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 [omlaag brengen] push down4 [drukwezen] print♦voorbeelden:1 iemand de hand drukken • shake someone's hand, shake hands with someoneiemand geld in de hand drukken • press money into someone's handin elkaar drukken • press/crush togetheriemand tegen de muur drukken • pin someone against the walliemand tegen zich aan drukken • hold someone close (to oneself)3 de lonen/prijzen/kosten/onkosten drukken • keep down wages/prices/costs/expenses4 10.000 exemplaren drukken • print/run off 10,000 copies(niet) geschikt om gedrukt te worden • (un)printableliegen of het gedrukt staat • lie through one's teeth♦voorbeelden:1 iemand die zich drukt • dodger, shirker -
111 dubbelgevouwen zitten/liggen
dubbelgevouwen zitten/liggensit/lie all hunched upVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dubbelgevouwen zitten/liggen
-
112 dubbelvouwen
1 fold in two ⇒ bend double/in two♦voorbeelden:1 dubbelgevouwen zitten/liggen • sit/lie all hunched up -
113 dwars op de golven liggen
dwars op de golven liggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dwars op de golven liggen
-
114 een aperte leugen
een aperte leugenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een aperte leugen
-
115 een besliste leugen
een besliste leugena definite/positive lieVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een besliste leugen
-
116 een flagrante leugen
een flagrante leugenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een flagrante leugen
-
117 een grove leugen
een grove leugenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een grove leugen
-
118 een kolossale leugen
een kolossale leugenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kolossale leugen
-
119 een leugentje om bestwil
een leugentje om bestwilVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een leugentje om bestwil
-
120 een opzettelijke leugen
een opzettelijke leugenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een opzettelijke leugen
См. также в других словарях:
lie — lie … Dictionnaire des rimes
lie — [ li ] n. f. • 1120; lias VIIIe; gaul. °liga 1 ♦ Dépôt qui se forme au fond des récipients contenant des boissons fermentées. ⇒ fèces, résidu. Lie de cidre, de bière. Spécialt Lie de vin, ou absolt la lie. « Il ne sentait pas le vin, il sentait… … Encyclopédie Universelle
lié — lie [ li ] n. f. • 1120; lias VIIIe; gaul. °liga 1 ♦ Dépôt qui se forme au fond des récipients contenant des boissons fermentées. ⇒ fèces, résidu. Lie de cidre, de bière. Spécialt Lie de vin, ou absolt la lie. « Il ne sentait pas le vin, il… … Encyclopédie Universelle
lie — 1. (lie) s. f. 1° Ce qu il y a de plus grossier dans une liqueur et qui va au fond. • Avant qu aller si vite, au moins je le supplie Savoir que le bon vin ne peut être sans lie, RÉGNIER Sat. XII. • La coupe où nous buvons a toujours une lie … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Lie — Lie, v. i. [imp. {Lay} (l[=a]); p. p. {Lain} (l[=a]n), ({Lien} (l[imac] [e^]n), Obs.); p. pr. & vb. n. {Lying}.] [OE. lien, liggen, AS. licgan; akin to D. liggen, OHG. ligen, licken, G. liegen, Icel. liggja, Sw. ligga, Dan. ligge, Goth. ligan,… … The Collaborative International Dictionary of English
LIE (S.) — À la fin du XIXe siècle, le mathématicien norvégien Marius Sophus Lie a posé les fondements d’une des théories les plus centrales des mathématiques contemporaines, la théorie des groupes de Lie, dont la puissance s’est révélée considérable, et… … Encyclopédie Universelle
lie — lie1 [lī] vi. lay, lain, lying [ME lien < 2d & 3d pers. sing. of earlier liggen < OE licgan, to lie, akin to Ger liegen < IE base * legh , to lie, lay oneself down > L lectus & Gr lēchos, bed, lōchos, lair] 1. to be or put oneself in… … English World dictionary
lie# — lie vb Lie, prevaricate, equivocate, palter, fib mean to tell an untruth directly or indirectly. Lie is the straightforward word, flatly imputing dishonesty to the speaker {he lies, and he knows he lies Johnson} {the article . . . has… … New Dictionary of Synonyms
lie — Ⅰ. lie [1] ► VERB (lying; past lay; past part. lain) 1) be in or assume a horizontal or resting position on a supporting surface. 2) be or remain in a specified state. 3) reside or be found. 4) … English terms dictionary
Lie — (l[imac]), n. [AS. lyge; akin to D. leugen, OHG. lugi, G. l[ u]ge, lug, Icel. lygi, Dan. & Sw. l[ o]gn, Goth. liugn. See {Lie} to utter a falsehood.] 1. A falsehood uttered or acted for the purpose of deception; an intentional violation of truth; … The Collaborative International Dictionary of English
Lie to Me — Logo original de la série Titre original Lie to Me Autres titres francophones Lie to Me : Crimes et Mensonges (Québec) Genre Série d … Wikipédia en Français