-
1 confederate
n. bondgenoot, medeplichtige--------v. confedereren, samengaan in een confederatieconfederate1[ kənfedrət] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 federatielid ⇒ lidstaat, bondgenoot3 〈voornamelijk Confederate; geschiedenis〉 aanhanger der geconfedereerden 〈 in de Amerikaanse burgeroorlog〉————————confederate21 in een federatie verenigd ⇒ aangesloten (bij een federatie), verbonden♦voorbeelden:————————confederate3[ kənfeddəreet]1 een federatie vormen ⇒ een verbond aangaan, zich verenigenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 federaliseren ⇒ tot een federatie aaneensluiten, alliëren -
2 member state
-
3 member
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский