-
1 lang niet
прил.общ. далеко не... -
2 lang niet slecht/gek
lang niet slecht/gekVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > lang niet slecht/gek
-
3 dat is lang niet gek
dat is lang niet gek -
4 dat is lang niet mis!
dat is lang niet mis!ce n'est pas mal du tout! -
5 dat meisje ziet er lang niet onaardig uit
dat meisje ziet er lang niet onaardig uitDeens-Russisch woordenboek > dat meisje ziet er lang niet onaardig uit
-
6 dat smaakt lang niet slecht
dat smaakt lang niet slecht -
7 het gaat in de disco's lang niet heilig toe
het gaat in de disco's lang niet heilig toeDeens-Russisch woordenboek > het gaat in de disco's lang niet heilig toe
-
8 het iemand lang niet mals zeggen
het iemand lang niet mals zeggenDeens-Russisch woordenboek > het iemand lang niet mals zeggen
-
9 hij is nog lang niet zo ver
hij is nog lang niet zo ver -
10 ik heb in lang niet zo gelachen
ik heb in lang niet zo gelachenDeens-Russisch woordenboek > ik heb in lang niet zo gelachen
-
11 men was het lang niet eens
men was het lang niet eens -
12 dat is lang niet mis
dat is lang niet misVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat is lang niet mis
-
13 dat smaakt lang niet slecht
dat smaakt lang niet slechtVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat smaakt lang niet slecht
-
14 die zaal is lang niet groot genoeg
die zaal is lang niet groot genoegthat room is nowhere/isn't anywhere near big enoughVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die zaal is lang niet groot genoeg
-
15 het was lang niet kwaad
het was lang niet kwaadVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het was lang niet kwaad
-
16 hij is nog lang niet uitgegroeid
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij is nog lang niet uitgegroeid
-
17 hij is nog lang niet zo ver
hij is nog lang niet zo verVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij is nog lang niet zo ver
-
18 maar zo ver zijn we nog (lang) niet
maar zo ver zijn we nog (lang) nietVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > maar zo ver zijn we nog (lang) niet
-
19 wat zij zei was lang niet mals
wat zij zei was lang niet malsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wat zij zei was lang niet mals
-
20 wij zijn er nog lang niet
wij zijn er nog lang nietVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wij zijn er nog lang niet
См. также в других словарях:
Merho — Born Robert Merhottein 24 October 1948 (1948 10 24) (age 63) Antwerp, Belgium … Wikipedia
Grensland Express — Der Grensland Express bei der Ausfahrt aus dem Bahnhof Bad Bentheim … Deutsch Wikipedia
Hund — 1. A guate Hund ve laft se nit1 u2 an schlecht n is kua Schad. (Unterinnthal.) – Frommann, VI, 36, 63. 1) Verläuft sich nicht. 2) Und. 2. A klenst n Hund na hengt mer di grössten Prügel ou (an). (Franken.) – Frommann, VI, 317. 3. A muar Hüünjen a … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Tag — 1. Alen Doach hîsch, äs mäkest hîsch; un Sangtich hîsch, dâd äs hîsch. (Siebenbürg. sächs.) – Schuster, 368. 2. All Dag is ken Joarmarkt. (Strelitz.) 3. All Dage is kîn Sonndag (kîn Karkmess, sün kîn Fangeldage). (Oldenburg.) 4. All Doag wat Nîgs … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Gott — 1. Ach du grosser Gott, was lässt du für kleine Kartoffeln wachsen! – Frischbier2, 1334. 2. Ach Gott, ach Gott, seggt Leidig s Lott, all Jahr e Kind on kein Mann! (Insterburg.) – Frischbier2, 1335. 3. Ach, du lieber Gott, gib unserm Herrn ein n… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Kind — 1. Ach, dass ich meine armen Kinder so geschlagen, klagte der Bauer, und sie waren des Pfaffen. – Eiselein, 375. 2. Alle Kinder werden mit Weinen geboren. Lat.: Clamabunt E et A quotquot nascuntur ab Eva. (Binder I, 193; II, 497; Seybold, 77.) 3 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Leute — 1. A de richa Lüta werd ma nüd rüdig1. – Sutermeister, 143; Tobler, 371. In Appenzell: Von den reichen Leuten bekommt man nicht leere Hände. (Tobler.) 2. Albern Leut dienen nicht in die Welt. – Petri, II, 4. 3. Alberne Lüe sind ock Lüe. (Hannover … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Liebe — 1. Ade, Lieb , ich kann nicht weine, verlier ich dich, ich weiss noch eine. Auch in der Form: Adieu Lieb, ich kan nit weinen, wilt du nit, ich weiss schon einen. (Chaos, 60.) »Wenn dir dein Liebchen untreu war, musst du dich nur nicht gleich… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Mann — 1. A blind man may perchance hit the mark. – Tauben und Hühner Zeitung (Berlin 1862), Nr. 6, S. 46. 2. A Mann a Wort oder a Hundsfott. (Ulm.) 3. A Mann wie a Maus ün a Weib wie a Haus is noch nit gleich. (Jüd. deutsch. Warschau.) Will sagen, dass … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Ding — 1. Acht Dinge bringen in die Wirthschaft Weh: Theater, Putzsucht, Ball und Thee, Cigarren, Pfeife, Bierglas und Kaffee. 2. Acht Dinge haben von Natur Feindschaft gegeneinander: der Bauer und der Wolf, Katze und Maus, Habicht und Taube, Storch und … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Geld — 1. Ach, nun fällt mi all mîn klên Geld bî. (Brandenburg.) Ein Ausruf, der häufig erfolgt, wenn jemand durch irgendeinen Umstand an etwas erinnert wird, was er hätte thun sollen, aber bisher zu thun vergessen hat. 2. All wîr1 Geld, dat et Wîf nig… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon