-
1 обрисовывать
vgener. aftekenen, aanduiden, kenschetsen, uitschilderen -
2 характеризовать
vgener. doodverven, karakteriseren, kenmerken, kenschetsen, kentekenen, tekenen, typeren -
3 define
v. beschrijven, definiëren; ondertekenen[ diffajn]2 afbakenen ⇒ bepalen, begrenzen♦voorbeelden:3 what defines them as superior? • waarin bestaat hun superioriteit?4 she stood clearly defined against the background • haar gestalte tekende zich duidelijk af tegen de achtergrond -
4 qualify
v. scholen, bekwamen; bevoegd zijn; aan de eisen voldoen; beperken; distantiëren; definiëren; karakteriseren; matigen1 zich kwalificeren ⇒ zich bekwamen, bevoegd/geschikt zijn/worden♦voorbeelden:do you qualify to vote? • heb je stemrecht?qualify for membership • in aanmerking komen voor lidmaatschapII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 beperken ⇒ kwalificeren, (verder) bepalen2 kenmerken ⇒ kenschetsen, karakteriseren3 geschikt/bevoegd maken ⇒ het recht geven♦voorbeelden:a qualifying match • een kwalificatiewedstrijdqualify one's statement • zijn verklaring nader preciseren -
5 caractériser
caractériser [kaaraakteeriezee]1 kenmerken ⇒ een kenmerk vormen van, karakteriseren2 karakteriseren ⇒ kenschetsen, typeren♦voorbeelden:vkenmerken, karakteriseren, typeren -
6 définir
définir [deefienier]〈 werkwoord〉2 beschrijven ⇒ kenschetsen, kenmerken♦voorbeelden:vdefiniëren, bepalen -
7 qualifier
-
8 typer
-
9 charakterisieren
charakterisieren1 karakteriseren ⇒ kenmerken, kenschetsen
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский