-
21 genieten met elke vezel van je lichaam
genieten met elke vezel van je lichaamDeens-Russisch woordenboek > genieten met elke vezel van je lichaam
-
22 groot aanzien genieten
groot aanzien genieten -
23 grote faam genieten
grote faam genieten -
24 iemands achting genieten
iemands achting genietenjouir de la considération de qn. -
25 iemands vertrouwen genieten
iemands vertrouwen genietenjouir de la confiance de qn. -
26 in het volle bezit van zijn geestelijke vermogens zijn
in het volle bezit van zijn geestelijke vermogens zijnDeens-Russisch woordenboek > in het volle bezit van zijn geestelijke vermogens zijn
-
27 klaarkomen
1 [gereedkomen] achever2 [slagen, zijn doel bereiken] parvenir à3 [een orgasme krijgen] jouir♦voorbeelden:op tijd met zijn werk klaarkomen • achever son travail à tempsmet iemand klaarkomen • finir par tomber d'accord avec qn. -
28 naam
♦voorbeelden:mijn naam is haas • je n'ai rien à voir avec cette histoire, je n'en sais rieneen goede naam hebben • avoir bonne réputationiemand lieve naampjes geven • donner à qn. des petits noms gentilseen slechte naam hebben • avoir mauvaise réputationzijn naam eer aandoen • faire honneur à son nomiemands naam gebruiken • se recommander de qn.dat mag geen naam hebben • c'est sans importanceik wil niet de naam hebben (dat) … • je ne veux pas qu'on dise de moi que …de naam hebben (van) rijk te zijn • passer pour être richeonder de naam (van) • sous le nom deeen geleerde van naam • un savant renommé2 iemand met naam en toenaam noemen • désigner qn. nommémenteen dubbele naam • un nom à rallongesiemands goede naam • la réputation de qn.valse naam • faux nomaangenomen naam • nom d'emprunthoe is uw naam? • quel est votre nom?luisteren naar de naam van • répondre au nom dehet huis staat op zijn naam • la maison est à son nomuit mijn naam • en mon nommet name • notamment -
29 nachtrust
♦voorbeelden:iemands nachtrust verstoren • troubler le sommeil de qn. -
30 orgasme
-
31 te goeder naam en faam bekendstaan
te goeder naam en faam bekendstaanDeens-Russisch woordenboek > te goeder naam en faam bekendstaan
-
32 uitzicht
♦voorbeelden:een wijd uitzicht hebben • avoir une vue panoramiqueiemand het uitzicht belemmeren, ontnemen • boucher la vue à qn.met uitzicht op • face à -
33 van een mooi uitzicht genieten
van een mooi uitzicht genieten -
34 verheugen
I 〈wederkerend werkwoord; zich verheugen〉1 [blij zijn] se réjouir (de)♦voorbeelden:zich op iets verheugen • se réjouir à l'idée de qc.II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [verblijden] réjouir♦voorbeelden:dat verheugt mij zeer • j'en suis ravidie tijding verheugde ons zeer • nous fûmes transportés de joie à cette nouvelle -
35 vertrouwen
vertrouwen1〈 het〉♦voorbeelden:iemands vertrouwen genieten • jouir de la confiance de qn.ergens geen vertrouwen in hebben • ne pas avoir confiance en qc.zijn vertrouwen in iemand opzeggen • retirer à qn. sa confianceiemand zijn vertrouwen schenken, vertrouwen stellen in iemand • faire confiance à qn.zijn vertrouwen stellen in iets • avoir confiance en qc.het vertrouwen verliezen in … • perdre la confiance en …vertrouwen wekken • inspirer confianceiemand iets in vertrouwen zeggen • confier qc. à qn.iemand in vertrouwen nemen • mettre qn. dans la confidencegoed van vertrouwen zijn • être d'un naturel confiant————————vertrouwen2♦voorbeelden:1 iemand blindelings vertrouwen • avoir une confiance absolue en qn.hij is niet te vertrouwen • on ne peut pas lui faire confianceiets niet vertrouwen • se méfier de qc.op zijn geluk vertrouwen • avoir confiance en sa bonne étoileop zijn intuïtie vertrouwen • se fier à son intuitionik vertrouw erop dat het in orde komt • j'ose espérer que ça s'arrangera -
36 vezel
♦voorbeelden:dierlijke vezels • fibres d'origine animalegenieten met elke vezel van je lichaam • jouir de toutes les fibres de son corps -
37 volmaakt
♦voorbeelden:een volmaakte stilte • un silence absoluik ben volmaakt gezond • je suis en parfaite santé -
38 zich in een goede gezondheid (mogen) verheugen
zich in een goede gezondheid (mogen) verheugenDeens-Russisch woordenboek > zich in een goede gezondheid (mogen) verheugen
- 1
- 2
См. также в других словарях:
jouir — [ ʒwir ] v. tr. ind. <conjug. : 2> • 1112; lat. pop. °gaudire, de gaudere « se réjouir » I ♦ Avoir du plaisir. 1 ♦ JOUIR DE : tirer plaisir, agrément, profit (de qqch.). ⇒ apprécier, 1. goûter, savourer; profiter (de). Jouir de la vie.… … Encyclopédie Universelle
jouir — JOUIR. v. n. Avoir l usage, la possession actuelle de quelque chose, & en tirer les fruits, les emoluments, &c. Jouïr d une terre, d un Office, d un Benefice, d une pension. il jouït de cent mille livres de rente. il est majeur, il jouït de son… … Dictionnaire de l'Académie française
jouir — Jouir, C est user d une chose à son plaisir, et par consequent posseder icelle chose. ainsi on dit, Jouir d un heritage, pour le posseder et en prendre les fruicts, dont il semble que jouir est plus significatif que posseder. Semble que Jouir… … Thresor de la langue françoyse
jouir — réjouir … Dictionnaire des rimes
jouir — (jou ir) v. n. 1° Tirer plaisir, agrément. profit de quelque chose (sens le plus voisin du sens étymologique). • Vous jouirez fort peu d une telle insolence, CORN. Médée, II, 7. • .... Ce malheureux attendait, Pour jouir de son bien, une… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
JOUIR — v. n. Avoir l usage, la possession actuelle de quelque chose, et en tirer tous les fruits, tous les émoluments, tous les avantages, etc. Jouir d une terre, d un emploi, d une pension. Jouir d une entrée à un spectacle. Jouir d un privilége, du… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
JOUIR — v. intr. Profiter d’une chose qu’on a, qu’on possède, en goûter le plaisir, l’agrément, etc. Jouir de sa bonne fortune. Il sait jouir de la vie. Il jouit du présent, sans trop s’occuper de l’avenir. Jouir de la victoire. Jouir des plaisirs du… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
jouir — Arriver au summum du plaisir par l’éjaculation spermatique. Jouir d’une femme , la faire jouir. As tu de l’abbesse A la fin joui? COLLÉ. Dans peu de temps d’ici, vous verrez un paillard Qui viendra pour jouir de… … Dictionnaire Érotique moderne
jouir — v.i. Éprouver l orgasme. / Subir une grande douleur : Le dentiste m a fait jouir … Dictionnaire du Français argotique et populaire
jouir — (v.) Summum de tous les plaisirs, jouir c est atteindre le plus haut niveau dans l excitation, le moment pendant lequel le corps est secoué par l orgasme en plus de libérer au cerveau un mélange de substances endorphines créant l euphorie. ***… … Dictionnaire de Sexologie
jouir — vi. (d une terre, d un bien, de sa retraite ...) : gôdi (Samoëns), profitâ <profiter> (Albanais, Villards Thônes). E. : Ferme. Fra. Jouir d un plaisir : profitâ d on plyaizi (001) … Dictionnaire Français-Savoyard