-
1 jealousy
n. jaloersheid; afgunst; ijverzuchtig; oplettend[ dzjelləsie]1 jaloersheid ⇒ afgunst, jaloezie2 (overdreven) waakzaamheid ⇒ nauwlettendheid, bezorgdheid♦voorbeelden: -
2 зависть
afgunst, jaloersheid -
3 зависть
ngener. ijverzucht, jaloersheid, jaloezie, nijd, wangunst, afgunst, afgunstigheid, broodnijd (к преуспевающему коллеге), naijver, pikanterie -
4 ревность
ngener. ijverzucht, jaloersheid, naijver, jaloezie, afgunst, minnenijd -
5 envy
n. jaloersheid--------v. afgunstig zijn, jaloers zijn; ijverenenvy1[ envie] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: envies〉1 (voorwerp/grond van) afgunst♦voorbeelden:be the envy of someone • voorwerp van afgunst zijn voor iemand————————envy2〈werkwoord; envied〉1 benijden -
6 green with envy
-
7 envier
n. jaloersheid -
8 enviousness
n. jaloersheid, afgunstigheid -
9 exaggerated jealousy
overdreven jaloersheid -
10 excites envy
wekt jaloersheid op -
11 getting jealous
jaloers worden (op iemand anders willen lijken,jaloersheid) -
12 invidiousness
n. het aanstoot geven; discriminatie; beledigend zijn; het veroorzaken van jaloersheid -
13 jealously
adv. met jaloersheid/afgunst -
14 lack of envy
gebrek aan jaloersheid -
15 rabidness
n. jaloersheid, dolheid -
16 unenviously
adv. zonder jaloersheid -
17 was green with envy
was groen van jaloersheid (was jaloers)
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Африкаанс
- Немецкий
- Нидерландский
- Русский
- Французский
