-
21 handtastelijk
1 [handgemeen] (physically) violent3 [figuurlijk] [tastbaar] tangible♦voorbeelden:1 handtastelijk worden • become/get violent -
22 iemand zijn hartsgeheimen toevertrouwen
iemand zijn hartsgeheimen toevertrouwenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand zijn hartsgeheimen toevertrouwen
-
23 innig
♦voorbeelden:dat is mijn innige overtuiging • it is my profound convictionhet is haar innige wens • it is her fervent wishiemand innig liefhebben • love someone very dearly -
24 intiem zijn met iemand
intiem zijn met iemandVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > intiem zijn met iemand
-
25 kennen
2 [geleerd hebben] know3 [+ in] [raadplegen] consult4 [herkennen] recognize, know♦voorbeelden:ik wil eerst de feiten kennen • first I want to know the factsgeen gevaar kennen • be oblivious to dangerje kent Jan toch wel! • you must know John!geen medelijden kennen • know no pitygeen schaamte kennen • have no shamede Engelse wet kent dat onderscheid niet • English law does not make that distinctiongeen zorgen kennen • be carefreezich doen kennen als • prove/show oneself to be〈 figuurlijk〉 laat je niet kennen ! • give 'em hell!zich van zijn beste kant laten kennen • show oneself at one's best〈 figuurlijk〉 hij wilde zich niet laten kennen en deed toch mee • he didn't want to be thought badly of and joined iniemand leren kennen • get to know someone, make someone's acquaintanceelkaar (beter) leren kennen • become/get (better) acquainted, get to know each other (better)ken je deze al? • have you heard this one?ik ken haar al jaren • I've known her for yearszo ken ik je helemaal niet • I've never known you like this beforesinds ik jou ken … • since I met you …dan ken je me nog niet • you haven't seen anything yetdat kennen we hier niet • we don't have that sort of thing hereiemand van gezicht/van naam kennen • know someone's face/someone by namehij kent de omgeving als zijn broekzak • he knows the area like the back of his handiemand door en door kennen • know someone inside out2 een taal kennen • know/speak a languageons kent ons • we know what to expectiets van buiten/uit zijn hoofd kennen • know something by heart¶ te kennen geven dat … • indicate that …een wens te kennen geven • express a desirezijdelings te kennen geven • intimate, hint -
26 zij gaan nogal intiem met elkaar om
zij gaan nogal intiem met elkaar omVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zij gaan nogal intiem met elkaar om
-
27 zijdelings te kennen geven
zijdelings te kennen gevenintimate, hintVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijdelings te kennen geven
- 1
- 2
См. также в других словарях:
intimate — [in′tə mət; ] for v. [, in′təmāt΄] adj. [altered (infl. by the v.) < earlier intime < Fr < L intimus, superl. of intus, within: see INTESTINE] 1. pertaining to the inmost character of a thing; fundamental [the intimate structure of the… … English World dictionary
Intimate — may refer to:* Intimate examination, a physical examination for medical purposes that includes examination of the breasts, genitalia, or rectum of a patient * Intimate ion pair, the interactions between a cation, anion and surrounding solvent… … Wikipedia
Intimate — In ti*mate, a. [Formerly intime, L. intimus, a superl. corresponding to the compar. interior: cf. F. intime. The form intimate is due to confusion with intimate, v. t. See {Interior}.] [1913 Webster] 1. Innermost; inward; internal; deep seated;… … The Collaborative International Dictionary of English
Intimate — In ti*mate, v. t. [imp. & p. p. {Intimated}; p. pr. & vb. n. {Intimating}.] [L. intimatus, p. p. of intimare to put, bring, drive, or press into, to announce, make known, from intimus the inmost. See {Intimate}, a.] [1913 Webster] 1. To announce; … The Collaborative International Dictionary of English
intimate — [adj1] friendly, devoted affectionate, bosom, buddy buddy*, cherished, chummy*, close, clubby*, comfy, confidential, cozy, dear, dearest, faithful, fast, fond, loving, mellow, mix, near, nearest, next, nice, regular, roommate, snug, warm; concept … New thesaurus
intimate — Ⅰ. intimate [1] ► ADJECTIVE 1) closely acquainted; familiar. 2) private and personal. 3) euphemistic having a sexual relationship. 4) involving very close connection: an intimate involvement. 5) (of knowledge) detailed. 6) … English terms dictionary
intimate# — intimate vb *suggest, imply, hint, insinuate Analogous words: indicate, betoken, attest, bespeak: allude, advert, *refer Contrasted words: *express, voice, utter, vent, air: declare, *assert, affirm, aver, avouch, profess: *suppress, repress:… … New Dictionary of Synonyms
Intimate — In ti*mate, n. An intimate friend or associate; a confidant. Gov. of the Tongue. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
intimate — I adjective allied, associated with, brotherly, close, closely acquainted, closely associated, confidential, confiding, coniunctus, consociated, faithful, familiar, familiaris, federate, fraternal, friendly, guarded, inmost, innermost, intimus,… … Law dictionary
intimate — in|ti|mate1 [ˈıntımıt] adj ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(restaurant/meal/place)¦ 2¦(friends)¦ 3 intimate knowledge of something 4¦(private)¦ 5¦(sex)¦ 6 intimate link/connection etc ▬▬▬▬▬▬▬ [Date: 1600 1700; Origin: intime intimate (1600 1700), from Latin intimus;… … Dictionary of contemporary English
intimate — intimates, intimating, intimated (The adjective and noun are pronounced [[t]ɪ̱ntɪmət[/t]]. The verb is pronounced [[t]ɪ̱ntɪmeɪt[/t]].) 1) ADJ GRADED: usu ADJ n If you have an intimate friendship with someone, you know them very well and like them … English dictionary