-
1 interim
-
2 interim
adj. tijdelijk, voorlopig, in de tussentijd--------adv. tussentijds--------n. tussentijd; intusseninterim1[ intərim] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 in the interim • intussen, ondertussen————————interim21 tijdelijk ⇒ voorlopig, tussentijds♦voorbeelden: -
3 interim
См. также в других словарях:
interim — in|ter|im1 [ˈıntərım] adj [only before noun] 1.) intended to be used or accepted for a short time only, until something or someone final can be made or found ▪ an interim report ▪ He received an interim payment of £10,000. ▪ He was appointed… … Dictionary of contemporary English