-
1 invloed
♦voorbeelden:een schadelijke invloed op iemand hebben • exercer une influence néfaste sur qn.een schadelijke invloed op iets hebben • avoir une action nocive sur qc.zijn invloed laten gelden • user de son influenceinvloed uitoefenen op iemand • influencer qn.onder invloed van drank handelen • agir sous l'empire de la boissononder iemands invloed staan • subir l'influence de qn.de invloed van het klimaat op de gezondheid • l'influence du climat sur la santévan invloed zijn • avoir de l'influence (sur) -
2 invloed
m -
3 aantikken
2 [tikken aan] frapper (à)♦voorbeelden:1 dat tikt lekker aan • cela finit par atteindre une jolie somme; 〈 figuurlijk〉 cela finit par avoir une influence considérable1 [even aanraken] toucher♦voorbeelden: -
4 al zijn invloed bezigen
al zijn invloed bezigen -
5 bezigen
♦voorbeelden:de oude spelling bezigen ↓ employer l'ancienne orthographe -
6 beïnvloeding
♦voorbeelden:1 de beïnvloeding van de publieke opinie door de partijen • l'influence qu'exercent les partis sur l'opinion publique -
7 dat tikt lekker aan
dat tikt lekker aan -
8 de beïnvloeding van de publieke opinie door de partijen
de beïnvloeding van de publieke opinie door de partijenDeens-Russisch woordenboek > de beïnvloeding van de publieke opinie door de partijen
-
9 de invloed van het klimaat op de gezondheid
de invloed van het klimaat op de gezondheidDeens-Russisch woordenboek > de invloed van het klimaat op de gezondheid
-
10 demoraliseren
♦voorbeelden:het demoraliseren • la démoralisation -
11 een demoraliserende invloed
een demoraliserende invloed -
12 een remmende invloed hebben op iemand
een remmende invloed hebben op iemandDeens-Russisch woordenboek > een remmende invloed hebben op iemand
-
13 een schadelijke invloed op iemand hebben
een schadelijke invloed op iemand hebbenexercer une influence néfaste sur qn.Deens-Russisch woordenboek > een schadelijke invloed op iemand hebben
-
14 een weldadige invloed ergens op hebben
een weldadige invloed ergens op hebbenavoir une influence favorable sur qc.Deens-Russisch woordenboek > een weldadige invloed ergens op hebben
-
15 invloedssfeer
-
16 inwerking
♦voorbeelden: -
17 machtssfeer
-
18 omturnen
♦voorbeelden: -
19 onder iemands invloed staan
onder iemands invloed staansubir l'influence de qn. -
20 remmen
♦voorbeelden:1 een remmende invloed hebben op iemand • 〈 positief〉 avoir une influence modératrice sur qn.; 〈 negatief〉 bloquer qn.een persoon remmen • freiner l'enthousiasme d'une personnebijtijds remmen • freiner à tempssterk remmen • donner un grand coup de frein〈 psychologie〉 door iets geremd worden • être inhibé par qc.dat kind wordt in zijn ontwikkeling geremd door huiselijke omstandigheden • les conditions familiales freinent le développement de cet enfantop de motor remmen • utiliser le frein-moteur
- 1
- 2
См. также в других словарях:
INFLUENCE — Dans le langage scientifique, une sorte de coexistence s’instaure fréquemment entre deux niveaux de conceptualisation, l’un assez proche de la langue courante, où le terme est employé dans un sens générique très large et désigne plutôt une notion … Encyclopédie Universelle
influence — in·flu·ence n 1 a: the act or power of producing an effect without any apparent exertion of force or direct exercise of command b: corrupt interference with authority for personal gain 2: the power or capacity of causing an effect in indirect or… … Law dictionary
influence — n Influence, authority, prestige, weight, credit are comparable when they mean power exerted over the minds or acts of others either without apparent effort or as the result of the qualities, the position, or the reputation of the person or thing … New Dictionary of Synonyms
Influence — In flu*ence ([i^]n fl[ u]*ens), n. [F. influence, fr. L. influens, entis, p. pr. See {Influent}, and cf. {Influenza}.] 1. A flowing in or upon; influx. [Obs.] [1913 Webster] God hath his influence into the very essence of all things. Hooker.… … The Collaborative International Dictionary of English
Influence — may refer to: *, an episode of the American drama TV series *A type of electrostatic generator *Social influence, in interpersonal relationships *Minority influence, when the minority affect the behavior or beliefs of the majority *Undue… … Wikipedia
influence — [in′flo͞o əns, in flo͞o′əns] n. [OFr < ML influentia, a flowing in < L influens, prp. of influere, to flow in < in, in + fluere, to flow: see FLUCTUATE] 1. Astrol. the flowing of an ethereal fluid or power from the stars, thought to… … English World dictionary
influence — ► NOUN 1) the power or ability to affect someone s beliefs or actions. 2) a person or thing with such ability or power. 3) the power arising out of status, contacts, or wealth. 4) the power to produce a physical change. ► VERB ▪ have an influence … English terms dictionary
Influence — In flu*ence, v. t. [imp. & p. p. {Influenced} ([i^]n fl[ u]*enst); p. pr. & vb. n. {Influencing} ([i^]n fl[ u]*en*s[i^]ng).] To control or move by power, physical or moral; to affect by gentle action; to exert an influence upon; to modify, bias,… … The Collaborative International Dictionary of English
influence — Influence. s. f. Qualité, puissance, vertu qui decoule des astres sur les corps sublunaires. Bonne influence. maligne influence. les diverses influences des astres font la varieté du temps … Dictionnaire de l'Académie française
influencé — influencé, ée (in flu an sé, sée) part. passé d influencer. Influencé par sa femme … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
influence — [n] power, authority access, agency, ascendancy, character, clout, command, connections, consequence, control, credit, direction, domination, dominion, drag, effect, esteem, fame, fix, force, grease*, guidance, hold, impact, importance, imprint,… … New thesaurus