-
1 безбожный
goddeloos -
2 атеистический
atheïstisch, goddeloos -
3 адский
adjgener. hels, goddeloos, infernaal -
4 атеистический
-
5 безбожный
adjgener. goddeloos, godvergeten, heilloos, onheilig, profaan -
6 гнусный
adjgener. zwart, afschuwelijk, foeilelijk, goddeloos, gruwelijk, gruwzaam, laag, onedel, snood, verachtelijk, verfoeienswaard, verfoeienswaardig, verfoeilijk, vuig -
7 грешный
adjgener. goddeloos, zondig -
8 испорченный
adj1) gener. aangestoken, bedorven (о продуктах питания и т.п.), goddeloos, goor, verdorven, verdraaid, wrak, corrupt, defect, mismaakt, rot, rottig, zedeloos2) liter. vuns, vunzig -
9 ужасный
adjgener. goddeloos, godvergeten, ijzig, ontzettend, schrikkelijk, vreeslijk, vreselijk, affreus, afgrijselijk, afgrijslijk, erg, geducht, gruwelijk, gruwzaam, hels, huiveringwekkend, ijselijk, ijzingwekkend, macaber, monsterachtig, monstrueus, schrikbarend, schrikwekkend, schromelijk, verschrikkelijk, vervaarlijk
Перевод: с русского на нидерландский
с нидерландского на русский- С нидерландского на:
- Русский
- С русского на:
- Нидерландский