-
101 federal
adj. van centraal bestuur, centraal, federaal--------n. regeringsambtenaar; Federalist; iemand die de Federalistische Partij steunt; lid van de Unie gedurende de Burgeroorlog (V.S. Geschiedenis)[ fedrəl] 〈 vaak Federal〉♦voorbeelden:the Federal Republic of Germany • de Bondsrepubliek (Duitsland)2 federal government • federale/centrale regering, landsregeringfederal spending • staats/overheidsuitgave -
102 floater
-
103 fully-paid
-
104 gilt-edged
-
105 gilt
adj. Verguld (bedekt met goud)--------n. goudlaaggilt1[ gilt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 〈 geldwezen〉 goudgerande schuldbrief ⇒ staatspapier 〈 in het bijzonder met garantie van de Britse regering〉♦voorbeelden:¶ 〈Brits-Engels; informeel〉 take the gilt off the gingerbread • het aantrekkelijke van iets wegnemen, de room eraf scheppen————————gilt2→ gild gild/ -
106 gold point
-
107 greenmail
n. greenmail (het opkopen van een groot aantal aandelen v.e. bedrijf schijnbaar met de bedoeling om het over te nemen, maar meestal om het bedreigde bedrijf te dwingen tot wederinkoop tegen een hogere prijs)greenmail〈 geldwezen〉1 greenmail 〈het opkopen van een groot aantal aandelen van een bedrijf schijnbaar met de bedoeling om het over te nemen, maar meestal om het bedreigde bedrijf te dwingen tot wederinkoop tegen een hogere prijs〉 -
108 hammer
n. hamer--------v. hameren, smeden; verjagenhammer1[ hæmə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 hamer♦voorbeelden:go/come under the hammer • geveild worden————————hammer21 hameren♦voorbeelden:1 hammer (away) at • er op loshameren/losbeukenhammer at the keys • op de piano rammelenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
109 hedging
-
110 inconvertible
adj. Kan niet geruild worden, niet te ruilen[ ingkənvə:təbl] 〈inconvertibly; zelfstandig naamwoord: inconvertibility〉 -
111 insider trading
-
112 interest
n. interesse, belangstelling; belang; rente, winst--------v. interesseren; belangstelling wekkeninterest1[ intrist] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:take much/a great interest in • zich sterk interesseren voor2 a matter of great interest • een zaak van groot gewicht/belangit's in the interest of the community • het is in het belang van de gemeenschaplend money at 7% interest • geld lenen tegen 7% renteI'll return his insults with interest • ik zal hem zijn beledigingen dubbel en dwars betaald zetten————————interest2〈 werkwoord〉1 interesseren ⇒ belangstelling inboezemen/wekken♦voorbeelden:can I interest you in a drink? • kan ik je overhalen om iets te drinken? -
113 issuing house
-
114 joint
n. Joint ( Amerikaans-Joodse liefdadigheidsinstelling, "Amerikaanse vereniging voor verdeling")joint1[ dzjojnt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 verbinding(sstuk) ⇒ voeg, las, naad2 gewricht ⇒ geleding, scharnier♦voorbeelden:2 out of joint • 〈 ook figuurlijk〉 ontwricht; uit het lid, uit de voegen; 〈 figuurlijk〉 slecht geluimd————————joint2♦voorbeelden:joint management • medezeggenschap, gemeenschappelijk beheerjoint owners • mede-eigenaarsjoint responsibility • gedeelde verantwoordelijkheidjoint stock • maatschappelijk kapitaaljoint undertaking/venture • joint venture, samenwerking(sverband), gemeenschappelijke onderneming————————joint3〈 werkwoord〉1 verbinden ⇒ verenigen, lassen♦voorbeelden:a jointed doll • een ledenpop -
115 junk bond
junk bond〈Amerikaans-Engels; informeel; geldwezen〉 -
116 kerb market
-
117 kerb trading
-
118 letter stock
-
119 long
adj. lang; langdurig; niet voor rede vatbaar (gevaar)--------adv. lang; langdurig; gedurende--------n. lange tijd; lang iets--------v. verlangen (naar); smachten; uitzien (naar); missenlong1[ long] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:before long • binnenkort, spoedighe won't stay for long • hij zal niet (voor) lang blijven————————long2〈bijvoeglijk naamwoord; longer [longgə], longest [longgist]〉 〈→ Sporttermen: CricketSporttermen: Cricket/〉2 groot ⇒ meer dan, lang♦voorbeelden:long finger • middelvingerover the long haul • op lange termijntake a long look at something • iets lang/aandachtig bekijken/onderzoekenof long standing • al lang bestaand, van ouds gekendto cut a long story short • om kort te gaan, samengevatin the long term • op den duur, op de lange duur2 long dozen • groot dozijn, dertiencotton is in long supply • er is een ruime voorraad katoenhe stands a long chance • hij maakt weinig kanslong sale • verkoop à la hausse¶ the long arm of the law • de lange/machtige arm der wet〈 Brits-Engels〉 not by a long chalk • op geen stukken na, bijlange nietlong division • staartdelinglong drink • longdrinklong johns • lange onderbroekin the long run • uiteindelijklong shot • kansloos deelnemer; gok, waagstuk〈 Amerikaans-Engels〉 by a long shot • veruit, met gemaknot by a long shot • op geen stukken na, bijlange nietlong suit • fort, sterk puntlong in the tooth • lang in de mond, aftandstake a long view/take long views • dingen op de lange termijn bekijkenhave come a long way • van ver gekomen zijn, erg veranderd zijngo a long way (towards) • voordelig (in het gebruik) zijn, veel helpen, het ver schoppen£1 doesn't go a long way these days • met een pond kom je tegenwoordig niet ver meer————————long3〈 werkwoord〉————————long4〈 bijwoord〉♦voorbeelden:all night long • de hele nachtthe promotion was long due • de promotie liet lang op zich wachtendon't be long • maak het kortas/so long as • zo lang, mitsno/not any longer • niet langer/meer〈 informeel〉 so long! • tot dan!, tot ziens!he's long about his work • hij doet lang over zijn werkbe long in doing something • lang over iets doen -
120 medium-dated
Страницы