-
1 alignment
n. voorbereiding; plan; uitlijnen (ook in computers); de plaatsing van de tekst in een dokument en de schrijfrichting (s, rechts of midden gelijnd)[ əlajnmənt]1 het op/in één lijn brengen/liggen2 linie ⇒ (rooilijn), tracé♦voorbeelden:1 in alignment • gericht, gecentreerdout of alignment • ontzet, uit zijn verband -
2 balanced
adj. weloverwogen, standvastig[ bælənst]1 evenwichtig ⇒ bezadigd, harmonisch♦voorbeelden:1 a balanced character/personality • een evenwichtig karakter/harmonische persoonlijkheida balanced budget • een sluitende begrotingbalanced diet • uitgebalanceerd dieet -
3 in alignment
in alignmentgericht, gecentreerd -
4 centeredness
n. gecentreerd
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский