-
1 free trade
-
2 free trade zone
vrije handel zone -
3 European Free Trade Association
Europese Associatie voor Vrije Handel (associatie van aantal landen opgericht in 1960 om vrije handel te bevorderen) -
4 European Free Trade Association: EFTA
Europese VrijhandelsassociatieEnglish-Dutch technical dictionary > European Free Trade Association: EFTA
-
5 free
adj. vrij; ontslagen; in vrijheid; gratis; beschikbaar--------adv. vrij; gratis--------v. bevrijden, vrijlaten; in vrijheid stellen; oplossen; loslatenfree1[ frie:] 〈bijvoeglijk naamwoord; freer〉1 vrij ⇒ onafhankelijk, onbelemmerd2 vrij ⇒ gratis, belastingvrij4 vrij ⇒ niet bezet, niet in gebruik; niet vast, los; leeg; 〈 natuurkunde〉 in vrije toestand, ongebonden6 vrijgevig ⇒ gul, royaal♦voorbeelden:1 a free agent • iemand die vrij/onafhankelijk kan handelenFree Church • non-conformistische Kerkfree fight • algemeen gevechtgive/allow someone a free hand • iemand de vrije hand laten〈 voetbal〉 free kick • vrije schop/trapgive free rein(s) to • de vrije teugel laten aanfree speech • vrijheid van meningsuitingfree thought • vrijdenkerijfree verse • vrij vers〈 techniek, technologie〉 free wheel • freewheel, vrijloopfree will • vrije wilyou are free to do what you like • je mag doen wat je wilfeel free to do something • iets met een gerust hart (kunnen) doenmake someone free of something • iets delen met iemand, iemand de beschikking geven over ietsset free • vrijlaten, in vrijheid stellenfree from care • vrij van zorgen, onbekommerdfree of charge • gratis, kosteloosfree of tax • belastingvrijcarriage free • francoa free pass • een vrij reisbiljet/vrijkaartjefree port • vrije haven, vrijhaven〈Amerikaans-Engels; informeel〉 for free • gratis, voor nietsfree trade • (de) vrije handel, (de) vrijhandel4 is this seat free? • is deze plaats vrij?5 free and easy • ongedwongen, zorgeloosmake free with • te vrij/schaamteloos gebruik maken van, (te) vrij omgaan met————————free2〈 werkwoord〉2 verlossen ⇒ losmaken, vrijstellen♦voorbeelden:the grant freed him from all financial worries • de toelage verloste hem van al zijn financiële zorgen————————free3〈 bijwoord〉1 vrij ⇒ los, ongehinderd2 gratis♦voorbeelden:3 free on board • vrij/franco aan boordfree alongside ship • franco/vrij langs boordfree delivered • franco (t)huisfree on rail/truck • franco spoor/wagon -
6 NAFTA
overeenkomst tussen Canada Mexico en de VS dat werd voltrokken op 1 januari 1994 en de handelsbarrieres tussen de drie staten reduceerde en verminderdenafta (North American Free Trade Agreement)[ nætə] 〈 afkorting〉1 [North American Free Trade Agreement]2 [New Zealand and Australia Free Trade Agreement] -
7 E.F.T.A.
-
8 Efta
Europese Associatie voor Vrije Handel (associatie van aantal landen opgericht in 1960 om vrije handel te bevorderen)EFTA (European Free Trade Association)→ E.F.T.A. E.F.T.A./
См. также в других словарях:
free trade — free trade, adj. 1. trade between countries, free from governmental restrictions or duties. 2. international trade free from protective duties and subject only to such tariffs as are needed for revenue. 3. the system, principles, or maintenance… … Universalium
free trade — ➔ trade1 * * * free trade UK US noun [U] ECONOMICS ► international trade in which companies can import and export each other s goods without the usual taxes, limits, etc.: »Business groups and advocates of free trade have pushed for even more… … Financial and business terms
free-trade — free trade, 1. a) trade between nations or states free from protective duties and subject only to tariffs for revenue. b) the system, principles, or practice of maintaining such trade. 2. trade unrestricted by taxes, customs, duties, or… … Useful english dictionary
Free trade — Free Free (fr[=e]), a. [Compar. {Freer} ( [ e]r); superl. {Freest} ( [e^]st).] [OE. fre, freo, AS. fre[ o], fr[=i]; akin to D. vrij, OS. & OHG. fr[=i], G. frei, Icel. fr[=i], Sw. & Dan. fri, Goth. freis, and also to Skr. prija beloved, dear, fr.… … The Collaborative International Dictionary of English
free trade — free′ trade′ n. bus international trade free from protective duties and quotas and subject only to such tariffs as are needed for revenue • Etymology: 1815–25 free′ trade′, adj. free′ trad′er, n … From formal English to slang
free trade — noun uncount * a system of international trade in which companies do not have to pay high taxes on the goods bought from or sold in other countries: a free trade agreement/zone … Usage of the words and phrases in modern English
free trade — ► NOUN ▪ international trade left to its natural course without tariffs, quotas, or other restrictions … English terms dictionary
free trade — n. trade between countries carried on without quotas on imports or exports, without protective tariffs, etc … English World dictionary
Free-trade — (engl., spr. frī trēd ), Freihandel (s.d.); Freetrader, Freihändler … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Free-trade — (engl., spr. frih trehd), Freihandel … Kleines Konversations-Lexikon
free trade — n [U] a situation in which the goods coming into or going out of a country are not controlled or taxed … Dictionary of contemporary English