-
1 de dingen bij de naam noemen
de dingen bij de naam noemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de dingen bij de naam noemen
-
2 de dingen bij hun naam noemen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de dingen bij hun naam noemen
-
3 de dingen bij de, hun naam noemen
de dingen bij de, hun naam noemenDeens-Russisch woordenboek > de dingen bij de, hun naam noemen
-
4 naam
♦voorbeelden:een man van naam • a man of repute/standingiemand met naam en toenaam noemen • mention someone by (his full) namede eigen naam • one's maiden namehet kan nadelig zijn voor zijn goede naam • it may harm his reputationeen goede/slechte naam hebben • have a good/bad reputation/namedaardoor heeft het beroep een slechte naam gekregen • this has given the profession a bad namezijn naam eer aandoen • live up to one's reputation/namede rol waarmee hij naam heeft gemaakt • the role that made his namedat mag geen naam hebben • that's not worth mentioningde naam hebben (van) rijk te zijn • be said to be richlaat mijn naam erbuiten • leave my name out of thiszijn hond luistert naar de naam Mao • his dog answers to (the name of) Maonaam maken • make a name for oneself (with/as)een collega wiens naam ik niet zal noemen • a colleague who shall remain namelesszijn naam ophouden • live up to one's name/reputationzijn naam ergens onder zetten • sign one's name to somethingde dingen bij de naam noemen • call a spade a spadehij is in naam eigenaar • he is nominally the owner/the owner in name (only)vrij op naam • no legal charges, no law costseen cheque uitschrijven op naam van • make out a cheque tozij heeft vier boeken op haar naam staan • she has four books to her namehet huis staat op zijn naam • the house is in his namete naam stellen van • put in the name often name van, op naam van • in the name ofuit mijn naam • from me, on my behalfiemand van naam kennen • know someone by namewat was uw naam ook weer? • what did you say your name was?de grote namen in het peloton • the big names among the packin naam der wet • in the name of the lawmet name • particularly, in particular -
5 ding
3 [jonge vrouw] thing♦voorbeelden:ik zou er een lief ding voor geven om … • I would give my right arm to …een mooi ding, dat schuurtje • a nice job, that shedandere dingen te doen hebben • have other things to dodoe geen gekke dingen • don't do anything foolishgewone/alledaagse dingen • trivial matters, commonplace thingsde dingen tegen elkaar afwegen • weigh up the pros and consdat zijn zo van die dingen • that's just one of those thingsover die dingen spreekt men niet • one doesn't talk about such thingseen ding is zeker, hij komt niet • one thing is certain, he is not cominger is maar één ding op tegen • there is only one drawback/snagde dingen bij hun naam noemen • call a spade a spadeeen jong/aardig ding • a young thing, a nice/sweet little thing -
6 be specific
de dingen bij hun naam noemen, er niet omheen draaien -
7 specific
adj. nadrukkelijk; bepaald; speciaal, bijzonder; bepalend; gedetaileerd; duidelijk; typerend; specifiek--------n. speciaal geneesmiddelspecific1[ spissiffik] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————specific21 specifiek ⇒ duidelijk, gedetailleerd2 specifiek ⇒ kenmerkend, eigen♦voorbeelden:be specific • de dingen bij hun naam noemen, er niet omheen draaienII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉1 specifiek ⇒ soortelijk, soort-♦voorbeelden: -
8 peur
peur [pur]〈v.〉1 angst ⇒ vrees, schrik, bezorgdheid♦voorbeelden:en être quitte pour la peur • met de schrik vrijkomenj'ai eu une de ces peurs! • ik schrok me dood!n'avoir pas peur des mots • de dingen bij de naam noemenêtre (laid) à faire peur • zo lelijk als de nacht zijnfaire peur à qn. • iemand bang makenprendre peur • bang worden, schrikkenavoir plus de peur que de mal • met de schrik vrijkomenfaire plus de peur que de mal • er erger uitzien dan het in werkelijkheid isla peur de qn., qc. • de angst voor iemand, ietsavoir peur de • bang zijn voor, om te 〈+ onbepaalde wijs〉de peur de, par peur de • uit angst voor, bang omavoir peur pour qn. • bezorgd zijn over iemandde peur que • uit vrees datfangst, schrik -
9 n'avoir pas peur des mots
n'avoir pas peur des motsDictionnaire français-néerlandais > n'avoir pas peur des mots
-
10 называть вещи своими именами
vgener. man en paard spreken, de dingen bij hun, het kind bij zijn naam noemen, naamRussisch-Nederlands Universal Dictionary > называть вещи своими именами
-
11 называть вещи своими именами
vgener. man en paard spreken, de dingen bij hun, het kind bij zijn naam noemen, naam -
12 ding
♦voorbeelden:1 vooral geen gekke dingen doen! • surtout pas de bêtises!ze heeft er een lief ding voor over om te slagen • elle donnerait gros pour réussirtwee dingen tegen elkaar afwegen • peser le pour et le contreik kan niet twee dingen tegelijk doen • je ne peux pas faire deux choses à la foisde dingen bij de, hun naam noemen • appeler les choses par leur nomwachten op de dingen die komen (gaan) • voir venir (les événements)over die dingen spreekt men niet • ce sont des choses dont on ne parle paséén ding is zeker, hij komt niet • ce qui est sûr c'est qu'il ne viendra paser kunnen nog zoveel dingen gebeuren • il peut encore se passer tant de chosesde dingen groeien me boven het hoofd • je suis dépassé par les événementseen jong ding • une petite jeune
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский