-
1 dagprijs
1 [handel] current (market) price2 [sport] prize♦voorbeelden:om de dagprijs strijden • compete for the prize -
2 dagprijs
n. price of the day -
3 de dagprijs winnen
de dagprijs winnen〈±〉 win a stage, gain a stage victoryVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de dagprijs winnen
-
4 om de dagprijs strijden
om de dagprijs strijdenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > om de dagprijs strijden
-
5 tegen dagprijs
tegen dagprijs
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский