-
1 coexistence
n. samenleving; samenwerking[ kooigzistəns]♦voorbeelden: -
2 concomitance
n. het samengaan/vallen[ kənkommittəns]1 het samengaan/vallen ⇒ coëxistentie, het tegelijkertijd optreden -
3 peaceful coexistence
-
4 peaceful co-existence
vreedzame coëxistentie (verzoening met het bestaan v. beide partijen, samenwerking)
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский