-
1 bijten
1 [de tanden in iets zetten] bite♦voorbeelden:van zich af bijten • give as good as one gets, stick up for oneselfpeper bijt op de tong • pepper burns the tongue1 [de tanden zetten in] bite♦voorbeelden:1 [door bijten in een toestand brengen] bite♦voorbeelden: -
2 bijten
v. bite, nip; sting; scorch, corrode -
3 blaffende honden bijten niet
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > blaffende honden bijten niet
-
4 elkaar niet bijten
elkaar niet bijtenbe compatible, not be contradictory 〈 bijvoorbeeld van opvattingen, ideeën〉Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > elkaar niet bijten
-
5 honden willen wel eens bijten
honden willen wel eens bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > honden willen wel eens bijten
-
6 iemand in het stof doen bijten
iemand in het stof doen bijtenmake someone grovel, make someone eat dirtVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand in het stof doen bijten
-
7 iets stuk bijten
iets stuk bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets stuk bijten
-
8 ik zal je heus niet bijten
ik zal je heus niet bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik zal je heus niet bijten
-
9 in een appel bijten
in een appel bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in een appel bijten
-
10 in het stof bijten
in het stof bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in het stof bijten
-
11 op de onderlip bijten
op de onderlip bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op de onderlip bijten
-
12 op een houtje bijten
op een houtje bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op een houtje bijten
-
13 op zijn nagels bijten
op zijn nagels bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op zijn nagels bijten
-
14 op zijn tanden bijten
op zijn tanden bijtengrin and bear it, bite the bulletVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op zijn tanden bijten
-
15 van zich af bijten
van zich af bijtengive as good as one gets, stick up for oneselfVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > van zich af bijten
-
16 zich op de lippen bijten
zich op de lippen bijtenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich op de lippen bijten
-
17 beet
3 [wond door bijten ontstaan] bite♦voorbeelden: -
18 doorbijten
1 [met kracht bijten] bite (hard)2 [voortgaan met bijten] keep biting ⇒ continue biting/to bite, 〈 figuurlijk〉 keep trying, 〈 figuurlijk〉 keep at it♦voorbeelden:2 even doorbijten! • just grin and bear it!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [stukmaken, verdelen] bite through -
19 stof
I 〈 het〉1 [deeltjes in de lucht] dust2 [stuivende vorm van een materie] dust3 [droog zand] dust♦voorbeelden:neerslag van radioactief stof • radioactive falloutstof afnemen • dust〈 figuurlijk〉 veel stof doen opwaaien • kick up/raise dust2 〈 religie〉 van stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren • dust thou art, and unto dust shalt thou returnin het stof bijten • bite the dustiemand in het stof doen bijten • make someone grovel, make someone eat dirtII 〈de〉♦voorbeelden:1 gevaarlijke stoffen • hazardous materials, harmful substancesorganische/vergiftige/kneedbare stoffen • organic/poisonous/malleable substances2 een lap stof • a piece of material/clothlichte/grove/katoenen stoffen • light/coarse/cotton fabricsstof tot nadenken hebben • have food for thoughter was genoeg stof tot praten • there was enough to talk aboutstof voor een roman • material for a novel -
20 verbijten
1 [met moeite inhouden] suppress, hold back♦voorbeelden:II 〈wederkerend werkwoord; zich verbijten〉1 [zich met moeite inhouden] be (almost) bursting ⇒ 〈 op zijn lippen bijten〉 bite one's lips, 〈 op zijn tanden bijten〉 clench one's teeth♦voorbeelden:
- 1
- 2
См. также в других словарях:
bijten — beti … Woordenlijst Sranan
Hund — 1. A guate Hund ve laft se nit1 u2 an schlecht n is kua Schad. (Unterinnthal.) – Frommann, VI, 36, 63. 1) Verläuft sich nicht. 2) Und. 2. A klenst n Hund na hengt mer di grössten Prügel ou (an). (Franken.) – Frommann, VI, 317. 3. A muar Hüünjen a … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
BIT — (binary digit) Contraction de l’expression anglaise binary digit (chiffre binaire), le terme bit prend en informatique trois significations différentes. Puisqu’on se trouve ici dans un système de numération à base 2, deux symboles (habituellement … Encyclopédie Universelle
Floh — 1. Besser Flöhe gefangen, als müssig gegangen. 2. Der Floh springt so lange davon, bis er erschlagen wird. 3. Die Flöhe setzen sich immer dahin, wo man sie am wenigsten jagen kann. 4. Die Flöhe sind lieber bei den Weibern; denn so sie gefressen,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Laus — 1. Aus ar Lôs wird a Hôs. (Militsch.) Aus einer Laus wird ein Haus. Wenn jemand aus Kleinigkeiten, kleinen Versehen grosse Dinge macht. 2. Bat biäter es as ne Lûs, maut me met niämen noa Hûs. (Iserlohn.) – Woeste, 73, 200. 3. Besser eine Laus im… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Schaf — 1. An skürw d Schep kan an hian Hokfal umstegh. (Nordfries.) Ein räudig Schaf kann eine ganze Hürde voll anstecken. 2. An suart Schep laat hör egh witi thau. (Nordfries.) 3. Annem nackte Schoffe ies nischte abzuscharen. – Robinson, 240; Gomolcke … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Bit — Bite Bite (b[imac]t), v. t. [imp. {Bit} (b[i^]t); p. p. {Bitten} (b[i^]t t n), {Bit}; p. pr. & vb. n. {Biting}.] [OE. biten, AS. b[=i]tan; akin to D. bijten, OS. b[=i]tan, OHG. b[=i]zan, G. beissen, Goth. beitan, Icel. b[=i]ta, Sw. bita, Dan.… … The Collaborative International Dictionary of English
Bit — Bite Bite (b[imac]t), v. t. [imp. {Bit} (b[i^]t); p. p. {Bitten} (b[i^]t t n), {Bit}; p. pr. & vb. n. {Biting}.] [OE. biten, AS. b[=i]tan; akin to D. bijten, OS. b[=i]tan, OHG. b[=i]zan, G. beissen, Goth. beitan, Icel. b[=i]ta, Sw. bita, Dan.… … The Collaborative International Dictionary of English
Bite — (b[imac]t), v. t. [imp. {Bit} (b[i^]t); p. p. {Bitten} (b[i^]t t n), {Bit}; p. pr. & vb. n. {Biting}.] [OE. biten, AS. b[=i]tan; akin to D. bijten, OS. b[=i]tan, OHG. b[=i]zan, G. beissen, Goth. beitan, Icel. b[=i]ta, Sw. bita, Dan. bide, L.… … The Collaborative International Dictionary of English
Biting — Bite Bite (b[imac]t), v. t. [imp. {Bit} (b[i^]t); p. p. {Bitten} (b[i^]t t n), {Bit}; p. pr. & vb. n. {Biting}.] [OE. biten, AS. b[=i]tan; akin to D. bijten, OS. b[=i]tan, OHG. b[=i]zan, G. beissen, Goth. beitan, Icel. b[=i]ta, Sw. bita, Dan.… … The Collaborative International Dictionary of English
Bitten — Bite Bite (b[imac]t), v. t. [imp. {Bit} (b[i^]t); p. p. {Bitten} (b[i^]t t n), {Bit}; p. pr. & vb. n. {Biting}.] [OE. biten, AS. b[=i]tan; akin to D. bijten, OS. b[=i]tan, OHG. b[=i]zan, G. beissen, Goth. beitan, Icel. b[=i]ta, Sw. bita, Dan.… … The Collaborative International Dictionary of English