-
1 beoefenen
-
2 beoefenen
♦voorbeelden:de zeilsport beoefenen • faire de la voile -
3 beoefenen
заниматься; посвящать себя, быть приверженным* * *(d)заниматься (чем-л. регулярно)* * *гл.общ. заниматься (чем-л.), посвящать себя (чему-л.) -
4 beoefenen
ausüben -
5 beoefenen
v. practice, exercise, train -
6 beoefenen
ww1) faire, pratiquer (un sport), exercer (un métier)2) cultiver, s'occuper (de) -
7 beoefenen
uğraşmak [-ır] v -
8 beoefenen
pratiquer -
9 beoefenen
praktiká -
10 een sport beoefenen
-
11 wetenschap beoefenen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wetenschap beoefenen
-
12 de zeilsport beoefenen
de zeilsport beoefenen -
13 wetenschap beoefenen
wetenschap beoefenen -
14 de drafsport beoefenen
de drafsport beoefenenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de drafsport beoefenen
-
15 de schilderkunst beoefenen
de schilderkunst beoefenenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de schilderkunst beoefenen
-
16 een kunst/ambacht beoefenen
een kunst/ambacht beoefenenpractise an art/a trade; 〈 ambacht ook〉 ply a tradeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kunst/ambacht beoefenen
-
17 een sport beoefenen
een sport beoefenenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een sport beoefenen
-
18 sport beoefenen
sport beoefenenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > sport beoefenen
-
19 заниматься
vgener. drijven (чем-л.), uitoefenen (ремеслом, торговлей и т.п.), beoefenen (чем-л.), dagen (о заре), doen aan (iets) (чем-л.), ergens (aan) mee bezig zijn (чем-л.), zich met (iets) afgeven (чем-л.), zich met (iets) bezighouden (чем-л.), zich met (iets) ophouden (чем-л.), zich occuperen met (чем-л., кем-л.) -
20 посвящать себя
vgener. beoefenen (чему-л.)
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Philip Willem van Heusde — (June 17 1778, Rotterdam July 2 1839, Geneva) was an influential Dutch philosopher, who founded Groningen theology. From July 3 1804 until his death he was professor in literature and history at the University of Utrecht.Works* Brieven over het… … Wikipedia