-
1 afwennen
♦voorbeelden:1 iemand het roken/drinken proberen af te wennen • try to cure someone of smoking/drinkingzich het gokken afwennen • cure oneself of gambling -
2 afwennen
n. weaning, act of breaking away from something one is accustomed to (especially a habit or addiction)--------v. wean, break a habit, cure, unlearn -
3 zich het gokken afwennen
zich het gokken afwennenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich het gokken afwennen
-
4 ontwennen
1 [afwennen] break/cure (someone's) habit♦voorbeelden:1 [afraken van] get out of the habit♦voorbeelden:
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский
- Шведский