-
1 afstemmen
1 [bij stemming verwerpen] rejeter2 [muziek] accorder3 [communicatie(media)] régler (sur)4 [+ op][in overeenstemming brengen] faire concorder (avec)5 [niet herkiezen] ne pas réélire♦voorbeelden: -
2 afstemmen
-
3 afstemmen
забаллотировать; отвергнуть; провалить; приурочить к, приноровить к; подстроить под; отвергать; не принимать; провалить при голосовании; настраивать; настраиваться на; ловить* * *гл.1) общ. отвергать, забаллотировать, не принимать, провалить при голосовании, ловить (какую-л. станцию, волну)2) муз. настраивать (инструмент)3) радио. настраиваться на -
4 afstemmen op
гл.общ. настроить на, согласовать -
5 afstemmen
v. adjust, tune, adapt; turn down, reject -
6 afstemmen
-
7 afstemmen
• to balance• to tune -
8 afstemmen op
• to attune to• to gear to• to tailor to• to tune to -
9 afstemmen
1) jämka2) justera3) rucka4) lämpa5) lämplig6) ordna -
10 afstemmen
adapter -
11 afstemmen
adaptá; adaptá -
12 afstemmen van een productielijn
• line balancingNederlands-Engels Technisch Woordenboek > afstemmen van een productielijn
-
13 afstemmen van werkbezetting
• balancing work load: BWNederlands-Engels Technisch Woordenboek > afstemmen van werkbezetting
-
14 een radio op France Inter afstemmen
een radio op France Inter afstemmenDeens-Russisch woordenboek > een radio op France Inter afstemmen
-
15 inkomsten en uitgaven op elkaar afstemmen
inkomsten en uitgaven op elkaar afstemmenDeens-Russisch woordenboek > inkomsten en uitgaven op elkaar afstemmen
-
16 een radio op een zender afstemmen
een radio op een zender afstemmenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een radio op een zender afstemmen
-
17 забаллотировать
vgener. balloteren, afstemmen -
18 ловить
v -
19 настраивать
v1) gener. afgestellen, overstemmen (музыкальный инструмент)2) navy. innemen (voor- â ïîôüçó; tegen- ïðîòèâ)3) mus. afstemmen (инструмент), stemmen -
20 настраиваться на
vradio. afstemmen
- 1
- 2