-
1 aanprijzen
♦voorbeelden: -
2 aanprijzen
-
3 aanprijzen
рекомендовать; хвалить; расхваливать* * **расхваливать, рекламировать* * *гл.общ. рекомендовать, хвалить, расхваливать -
4 aanprijzen
empfehlen -
5 aanprijzen
v. recommend, commend, praise highly -
6 aanprijzen
1) rekommendera2) tillstyrka -
7 aanprijzen
recommander -
8 aanprijzen van waar
v. merchandise -
9 zijn waar aanprijzen
zijn waar aanprijzen -
10 iets luid aanprijzen
iets luid aanprijzenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets luid aanprijzen
-
11 zijn koopwaar aanprijzen
zijn koopwaar aanprijzensing the praises of one's goods/waresVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn koopwaar aanprijzen
-
12 расхваливать
vgener. opkammen, aanprijzen, in de hoogte steken, opschroeven -
13 рекомендовать
vgener. aanbevelen, aanprijzen, aanraden, recommanderen -
14 хвалить
vgener. aanprijzen, prijzen, (iem.) een pluim op zijn hoed steken (кого-л.), (iem.) voogdijschap (iets) prijzen (кого-л., за что-л.), de lofbazuin steken, lauweren, loven, roemen -
15 koopwaar
♦voorbeelden:1 slechte koopwaar -
16 waar
waar1〈de〉♦voorbeelden:waar voor zijn geld krijgen, willen • en avoir, vouloir pour son argent————————waar21 vrai♦voorbeelden:1 een waar beeld geven van iets • donner une représentation fidèle de qc.de ware oorzaak • la cause réelledaar is geen woord van waar • il n'y a pas un mot de vrai dans tout celahet is maar al te waar • ce n'est que trop vrai't is toch niet waar! • ce n'est pas vrai?dat is waar gebeurd • c'est authentiquehet is te mooi om waar te zijn • c'est trop beau pour être vraihet bleek waar te zijn • cela s'avéra justeeerlijk waar! • (ma) parole (d'honneur)!niet waar? • n'est-ce pas?zo waar (als) ik leef, (als) ik hier sta • aussi vrai que je m'appelle Xiets niet voor waar aannemen • ne pas tenir qc. pour vraiwaar of niet? • vrai ou non?II 〈 bijwoord〉1 [algemeen]où♦voorbeelden:een probleem waar hij niet aan gedacht had • un problème auquel il n'avait pas penséwaar woon je? • où habites-tu?waar (dan) ook • où que ce soitwaar kom je vandaan? • d'où viens-tu?————————waar3〈 voegwoord〉 -
17 adverteren
♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
18 koopwaar
♦voorbeelden:1 zijn koopwaar aanprijzen • sing the praises of one's goods/wares
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Немецкий
- Русский
- Французский
- Шведский