Перевод: с немецкого на нидерландский

с нидерландского на немецкий

С нидерландского на:
Немецкий
С немецкого на:
Нидерландский

aanplant

Толкование Перевод

1 Aufwuchs

Aufwuchs

〈m.〉

1 groei ⇒ het opgroeien

2 〈 landbouw〉jong gewas, jonge aanplant

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Aufwuchs
2 Kamp

Kamp

〈m.; Kamps, Kämpe〉〈 landbouw〉

1 (boom)aanplant, (boom)kwekerij

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Kamp
3 Schonung

Schonung

〈v.; Schonung, Schonungen〉

1 jonge aanplant, jong hout

2 omzichtigheid, het ontzien ⇒ verschoning, toegeeflijkheid

♦voorbeelden:

2 ihr Zustand verlangt Schonung • in haar toestand moet zij zich ontzien, ontzien worden

mit Schonung • omzichtig

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Schonung
4 Waldschonung

Waldschonung

〈v.〉

1 jonge aanplant, jong hout (in een bos)

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Waldschonung
5 Wuchs

Wuchs

〈m.; Wuchses, Wüchse〉

1 groei, wasdom

2 gestalte

3 〈 landbouw〉 aanplant

♦voorbeelden:

1 Pflanzen mit, von schnellem Wuchs • snel groeiende planten

2 von hohem Wuchs • rijzig van gestalte

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > Wuchs

См. также в других словарях:

Ormocarpum — Ormocarpum … Wikipedia Español

Пометить текст и поделиться
Искать во всех словарях
Искать в переводах
Искать в Интернете

Поделиться ссылкой на выделенное