-
1 aanmaning
aanmaning -
2 aanmaning
-
3 aanmaning
-
4 aanmaning
увещевание; напоминание; требование* * *сущ.общ. напоминание, требование, увещевание -
5 aanmaning
deMahnung f -
6 aanmaning
n. exhortation; dun, demand for payment; reminder -
7 aanmaning
v -
8 aanmaning
1) maning2) uppmaning -
9 aanmaning
observation, recommandation, sommation -
10 aanmaning tot betaling
aanmaning tot betalingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > aanmaning tot betaling
-
11 een herhaalde aanmaning/aanzegging
een herhaalde aanmaning/aanzegginga second demand, a repeat announcementVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een herhaalde aanmaning/aanzegging
-
12 een vriendelijke aanmaning
een vriendelijke aanmaningVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een vriendelijke aanmaning
-
13 aansporing
aanmaning -
14 vermaan
aanmaning -
15 vermaning
aanmaning -
16 waarschuwing
aanmaning -
17 напоминание
ngener. aanmaning, gedachtenis, rappel -
18 требование
ngener. aanmaning, eis, rekwisitie, verlangen, vordering, aandringen, claim, sommatie -
19 увещевание
ngener. aanmaning, sermoen -
20 herhaald
1 repeated♦voorbeelden:1 een herhaalde aanmaning/aanzegging • a second demand, a repeat announcementherhaalde malen • repeatedlyherhaalde pogingen doen • make repeated attempts
- 1
- 2