-
1 heavily
adv. zwaar(lijvig) -
2 heavily involved in
hevig betrokken zijn bij -
3 heavily-budgeted
rijke gebudgetteerd -
4 heavily-built
zwaargebouwd -
5 a heavily grilled window
-
6 a heavily made up woman
-
7 bear hard/heavily/severely (up)on
bear hard/heavily/severely (up)onEnglish-Dutch dictionary > bear hard/heavily/severely (up)on
-
8 come down heavily on criminals
-
9 densely/heavily/thickly populated
densely/heavily/thickly populatedEnglish-Dutch dictionary > densely/heavily/thickly populated
-
10 breathe heavily
v. diep ademhalen, zwaar ademen -
11 breathed heavily
ademde zwaar,puffen en hijgen -
12 breathing heavily
zware ademhaling,hijgen -
13 drink heavily
zwaar drinken -
14 invested heavily in
veel geld geinvesteerd bij- -
15 to run heavily
zwaar lopen -
16 bear
n. beer--------v. bevallen--------v. dragen; dulden; verdragen; bijstaan; leidenbear1[ beə] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: in betekenis 0.1 ook bear〉1 beer→ sore sore/————————bear25 druk uitoefenen ⇒ duwen, leunen♦voorbeelden:bear near • naderenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 dragen4 hebben/voelen voor ⇒ toedragen, koesteren5 verdragen ⇒ dulden, uitstaan9 drijven ⇒ duwen, drukken♦voorbeelden:be borne away • meegesleept wordenbear away/off a prize • een prijs in de wacht slepenhis letter bore no signature • zijn brief was niet ondertekendbear signs/traces of • tekenen/sporen vertonen vanborne by • geboren uit -
17 come down on
v. straffen,terecht zettencome down on1 neerkomen op ⇒ toespringen (op), overvallen2 straffen3 〈 informeel〉krachtig/dringend eisen♦voorbeelden: -
18 grill
n. grill, rooster; geroosterd (vlees)gerecht; grill-room--------v. grillengrill1[ gril] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 → grille grille/4 〈 verkorting〉[grill-room]————————grill2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 〈 voornamelijk voltooid deelwoord〉van rooster/traliewerk voorzien♦voorbeelden: -
19 make up
n. zich opmaken; zich verzoenen; opmaken; bijleggen, verzoenen; vergoeden; verzinnen; vormen, samenstellen; maken, bereiden; opmaken (bed); aanleggen (vuur); asfalteren; karakter, aard; opbouw--------v. construeren; constitueren; uitvinden, samenstellen; vergeven en vergeten; leveren wat ontbreekt; van cosmetica gebruik laten maken; compenseren voor iemand gemist heeft (zoals in: " Ik heb het examen gemist, kan ik het inhalen?")make up♦voorbeelden:¶ make up for • weer goed maken, vergoedenthis will make up into two pairs of trousers • hier kan men twee broeken uit makenmake up to someone • bij iemand in de gunst zien te komenmake up to someone for something • iemand iets vergoeden; iets goedmaken met/bij iemandhow can we ever make up to them for this? • hoe kunnen we hen dit ooit doen vergeten?II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 volledig/voltallig maken ⇒ aanvullen4 vergoeden ⇒ goedmaken; teruggeven, terugbetalen8 maken ⇒ opstellen, klaarmaken 〈 medicijn〉, bereiden; maken tot (pakje); (kleren) maken (van), naaien♦voorbeelden:make up a four at a game of scrabble • de vierde man zijn in een spelletje scrabble®make up a loss • een verlies goedmakenmake up the money you owe him • geef hem het geld terug dat je hem schuldig bent7 forty men and thirty-seven women made up the whole tribe • veertig mannen en zevenendertig vrouwen vormden de hele stamthe group was made up of four musicians • de groep bestond uit vier muzikantenmother made us up a sandwich lunch • moeder maakte voor ons een lunchpakket klaarmake up a shirt • een overhemd maken/naaienhe made his old books up into two small parcels • hij maakte van zijn oude boeken twee kleine pakjes -
20 populate
См. также в других словарях:
Heavily — Heav i*ly, adv. [From 2d {Heavy}.] 1. In a heavy manner; with great weight; as, to bear heavily on a thing; to be heavily loaded. [1913 Webster] Heavily interested in those schemes of emigration. The Century. [1913 Webster] 2. As if burdened with … The Collaborative International Dictionary of English
heavily — [hev′ə lē] adv. in a heavy manner; specif., a) with a heavy weight [heavily burdened] b) as if with a heavy weight; slowly; clumsily; laboriously [to rise heavily from one s seat] c) oppressively; severely [heavily taxed] d) abundantly [heavily… … English World dictionary
heavily — UK US /ˈhevɪli/ adverb ► a lot or to a large degree: »In France and Switzerland, the agriculture sector is heavily subsidised. »China is heavily dependent on coal, which currently accounts for about 68% of its energy. »We are looking to invest… … Financial and business terms
heavily mortgaged — ► used to describe a person who has borrowed a lot of money to buy property, or the property itself: »Heavily mortgaged families are unlikely to take on new challenges. »heavily mortgaged properties/homes Main Entry: ↑mortgaged … Financial and business terms
heavily built — phrase a heavily built person is big and strong but not fat Thesaurus: describing a person s muscles and general shapehyponym Main entry: heavily … Useful english dictionary
heavily pregnant — phrase a heavily pregnant woman has a very large stomach because her baby will be born soon Thesaurus: pregnant and be pregnantsynonym sexual activityhyponym Main entry: heavily … Useful english dictionary
heavily upon — (lit and figurative) ▪ To press heavily on ▪ To oppress, afflict ● bear … Useful english dictionary
heavily armed — phrase carrying a lot of weapons Thesaurus: supplying and using weapons and explosiveshyponym Main entry: heavily … Useful english dictionary
heavily guarded — phrase guarded by a lot of people, usually with weapons Thesaurus: safe and harmlesssynonym Main entry: heavily … Useful english dictionary
heavily — O.E. hefiglice violently, intensely; sorrowfully; sluggishly, from hefig (see HEAVY (Cf. heavy)) + LY (Cf. ly) (2) … Etymology dictionary
heavily — heav|i|ly [ hevıli ] adverb *** ▸ 1 in large amounts ▸ 2 very ▸ 3 to a large degree ▸ 4 with a lot of force ▸ 5 in uncomfortable way ▸ 6 slowly and sadly ▸ 7 slowly and loudly ▸ + PHRASES 1. ) in large amounts: They had borrowed heavily to buy… … Usage of the words and phrases in modern English