-
1 Afrikaans
n. Afrikaans (taal)[ æfrikka:ns] -
2 ANC
afrikaans nationaal congresANC (African National Congress) -
3 African American
Afrikaans Amerikaan (amerikaan van afrikaanse afkomst,neger,kleurling) -
4 African
adj. Afrikaans--------n. Afrikaan, inwoner van Afrika[ æfrikkən]♦voorbeelden: -
5 South African
adj. ZuidafrikaansSouth African♦voorbeelden: -
6 Africanise
v. Afrikaniseren, Afrikaans karakter geven, iets Afrikaans maken; verwisselen van Europeese staf of blanke staf van een organisatie in Afrika met zwarte Afrikanen; onder Afrikaanse invloed brengen, aanpassen aan Afrikaanse behoeften; Afrikaan worden (ook "Africanize") -
7 Afrikaner
n. inwoner van Zuid-Afrika met Nederlandse afkomst; iemand die Afrikaans spreekt[ æfrikka:nə] -
8 Afro
adj. Afro (afkorting v. Afrikaans; een groot krullig kapsel van veel negers)--------n. afrokapsel (een kroeskapsel)[ æfroo] -
9 Kaffir
-
10 Kafir
n. iemand die geen mohammedaan is (gebruikt onder de mohammedanen); iemand die niet gelooft, ongelovige (Islam); zwarte Zuid Afrikaan (Beledigende Taal); tropisch Zuid-Afrikaans graangewas, sorghum→ Kaffir Kaffir/ -
11 South African Dutch
-
12 coloured people
-
13 coloured
adj. gekleurd; vol kleur, kleurrijk; een bepaalde kleur geverfd; van of behorende bij bepaalde ethnische groep die niet als blank is geklassificeerd staat (beledigende taal); (beledigend) raciaal gemengd1 gekleurd♦voorbeelden: -
14 homeland
-
15 township
n. stadsgebied; gemeente; zwart woonoord, township (in Zuid-Afrika)[ taunsjip] -
16 veldt
n. grasvlakteveldt, veld -
17 wildebeest
-
18 Afric
adj. Afrikaans, van of met betrekking tot Afrika of haar cultuur -
19 African National Congress
n. Afrikaans Nationaal Congres (ANC) -
20 African National Congress Party
het Afrikaans Nationaal congres (een politieke partij in de Zuid-Afrikaanse regering, een zwarte volkspartij met Mandela aan het hoofd)
См. также в других словарях:
Afrikaans — Gesprochen in Sudafrika Südafrika Namibia … Deutsch Wikipedia
Afrikaans — Parlée en Afrique du Sud Namibie … Wikipédia en Français
Afrikáans — Afrikaans Afrikáans Hablado en Sudáfrica Namibia … Wikipedia Español
afrikaans — AFRIKÁANS subst. Dialect al limbii olandeze vorbit de urmaşii burilor în Republica Africa de Sud. [pr.: africáns] – Din engl. Afrikaans, fr. afrikaans. Trimis de ana zecheru, 21.01.2005. Sursa: DEX 98 AFRIKÁANS n. Varietate a limbii olandeze… … Dicționar Român
afrikaans — ou afrikans [ afrikɑ̃s ] adj. et n. m. • 1952; mot néerl. ♦ Parler néerlandais d Afrique du Sud (langue officielle de ce pays, avec l anglais). ● afrikaans nom masculin Langue néerlandaise parlée en Afrique du Sud dont c est une des langues… … Encyclopédie Universelle
Afrikaans — (n.) the Dutch language as spoken in S.Africa, 1892, from Du. Afrikaansch Africanish (see AFRIKANDER (Cf. Afrikander)) … Etymology dictionary
afrikaans — |àfricãs| adj. 2 g. s. 2 g. s. m. [Linguística] Ver africânder. ‣ Etimologia: palavra inglesa, do africânder … Dicionário da Língua Portuguesa
afrikaans — /afriˈkans, ol. ɑfriˈkãːns/ [vc. ol., propriamente «africano»] s. m. inv. lingua boera, boero … Sinonimi e Contrari. Terza edizione
afrikaans — (izg. àfrikāns) m DEFINICIJA lingv. varijanta nizozemskog jezika kojim govore Buri (jedan od službenih jezika u Južnoafričkoj Republici) ETIMOLOGIJA vidi Afrikaner … Hrvatski jezični portal
afrikaans — {{/stl 13}}{{stl 8}}rz. mnż, ndm {{/stl 8}}{{stl 7}} język Afrykanerów (potomków kolonistów holenderskich osiadłych w Afryce Płd.), wywodzący się z dialektów holenderskich, jeden z dwóch (obok ang.) języków urzędowych w Republice Płd. Afryki… … Langenscheidt Polski wyjaśnień
afrikaans — sustantivo masculino 1. Africano, lengua … Diccionario Salamanca de la Lengua Española