-
1 een april
een april -
2 één april
één april -
3 één april!
één april!〈 bij grap〉 ah, je t'ai eu! -
4 één april (kikker in je bil)!
één april (kikker in je bil)!April Fool!Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > één april (kikker in je bil)!
-
5 op een april
op een april -
6 april
-
7 april
-
8 April Fools' Day
April Fools' Day -
9 een
een1〈de〉1 one♦voorbeelden:————————een21 one♦voorbeelden:zich een (ge)voelen met de natuur • be at one with natureeen maken • uniteeen worden • become oneeen met • one with————————een31 one♦voorbeelden:er een laten vliegen • farter een pakken/nemen/drinken • have a drinkgeef me er nog een • give me another (one)/one moreje bent me er (ook) een! • you are a nice one!als er een is die het kan, dan is hij het • if anyone can do it, he can————————een4I 〈hoofdtelwoord; met klemtoon〉1 one♦voorbeelden:de/het een of ander • someone/something or otherik zal een en ander nog opzoeken • I'll check these things(noch) het een noch het ander • neither one thing nor the othervan de een naar de ander kijken • look from one to the othervan het een komt het ander • one thing leads to anotherde een zegt dit, de andere dat • some (people) say one thing, some anotherop (de) een (of andere) dag • some/one dayeen dezer dagen • one of these dayseen keer is voldoende • once is enoughelke stem is er een • every vote countselke cent is er een • a penny saved is a penny earnedelke cent is er een voor hem • he has to count his pennieseen en dezelfde • one and the sameniet een, geen een • not one, no onede weg is een en al modder • the road is nothing but mudzij is een en al oor/oog/glimlach • she is all ears/eyes/smileszij was een en al gastvrijheid • she was hospitality itselfhij was een en al zenuwen • he was a bundle of nerveshet is bij enen • it's almost one (o'clock)de op een na laatste, op een na de laatste • the last but onede op een na beste, op een na de beste • the second bestallen op een na • all except onehonderd tegen een • a hundred to oneeen van tweeën • one of two thingseen van beide(n) • one of themeen voor allen, allen voor een • all for one and one for alleen voor een • one by one, one at a time(je moet kiezen) het een of het ander • you can't have it both waysals één man • as one manop de een of andere wijze • one way or anothereen of ander meisje • some girl or otherII 〈rangtelwoord; met klemtoon〉♦voorbeelden:III 〈lidwoord; zonder klemtoon〉1 [onbepaald] a; 〈 voor klinker〉 an2 [categoriaal] a3 [ongeveer] a, some4 [in uitroepen] a, some♦voorbeelden:neem een Tedje van Es • take someone like a Tedje van Eseen duizend gulden • some thousand guilders4 een mensen dat er waren! • what a lot of people there were!wat een mooie bloemen! • what beautiful flowers!wat een mensen! • what a crowd!wat een idee! • what an idea! -
10 een
een11 un, une♦voorbeelden:een zijn met • faire corps avec————————een21 un, une♦voorbeelden:je bent me er (ook) een! • tu es un drôle de numéro!als er een is, die het kan, dan is hij het • s'il y en a un qui en est capable, c'est bien lui————————een3I 〈hoofdtelwoord; met klemtoon〉1 un, une♦voorbeelden:dat is een! • et d'un(e)!elke stem is er een • chaque voix compteeen en dezelfde persoon • une seule et même personneniet één heeft er iets over gezegd • pas un(e) n'en a parléhet is bij enen • il est près d'une heureop één dag • le même jourtien tegen een dat • il y a gros à parier quehonderd tegen een! • je te le parie à cent contre un!een van tweeën • de deux choses l'uneeen van hen • l'un(e) d'entre eux (d'entre elles)een voor een • un(e) à un(e)de een nog mooier dan de ander • tous plus beaux les uns que les autres, toutes plus belles les unes que les autreseen een voor wiskunde • un un (sur dix) en mathsmen kan het ene doen en het andere niet laten • on peut faire les deuxde een of ander • quelqu'un(het) een en ander • des choses et d'autreswij hebben het een en ander besproken • nous avons abordé plusieurs sujetsniet om het een of ander • ce n'est pas pour direhet is het een of het ander • de deux choses l'une→ link=komen komenII 〈rangtelwoord; met klemtoon〉♦voorbeelden:bladzijde een • page unIII 〈lidwoord; zonder klemtoon〉1 [onbepaald]un, une2 [m.b.t. de hele soort]le, la3 [ongeveer] environ♦voorbeelden:1 een man, een vrouw, een kind • un homme, une femme, un(e) enfanteen meneer A. • un (certain) monsieur A.een uur of drie • environ trois heureseen duizend gulden • environ mille florins→ link=dag dag¶ het kost me een geld! • cela me coûte les yeux de la tête!een mensen dat er waren! • il y avait un monde fou!wat een mensen! • 〈 hoeveelheid〉 quelle foule!wat een geldverspilling! • quel gaspillage! -
11 April fool
-
12 dato
сущ.общ. a dato - сроком, de dato(d.d.)een april - от первого апреля, na dato-с этого числа -
13 half
half1〈de〉1 half♦voorbeelden:————————half21 [de helft zijnde] half2 [voor een (groot) deel; niet helemaal] half3 [met betrekking tot het punt waar de andere helft begint] halfway up/down/along/through♦voorbeelden:een halve cirkel • a semicirclehalve dagen werken • work half timevoor half geld/tegen de halve prijs • (for/at) half pricevier en een halve mijl • four and a half milesde klok slaat hele en halve uren • the clock strikes the (full) hours and the half hoursgeen halve maatregelen • no half measuresde halve stad spreekt ervan • half the town is talking about itiets met een half woord aanduiden • (barely) hint at somethinghij hoeft maar een half woord te zeggen • half a word is enougher is een bus telkens om vier minuten vóór het halve uur/vóór half • there is a bus every four minutes to the half hourhet is half elf • it is half (past) tenhet is vijf voor half elf • it is twenty-five past ten¶ een halve gare • a fool/halfwit/BtwitII 〈 bijwoord〉2 [voor een deel] half♦voorbeelden:het hek is half wit en half groen geverfd • the fence is painted half white, half greenje weet niet half hoe erg het is • little do you know how serious it ismijn werk is half af • my work is half donehalf zo groot als ik • half as tall as mehalf en half tot iets besloten zijn • have more or less decidediemand iets half en half beloven • half promise someone somethingik ben er half en half van op de hoogte • I have not yet been fully informedhalf en half/half om half • half and half2 met het raam half dicht • with the window halfway down/opende deur stond half open • the door was ajarik kan het maar half geloven • I can hardly believe ithalf lachend, half huilend • torn between laughing and cryingiets maar half verstaan • understand only half of it -
14 half
♦voorbeelden:halve dagen werken • travailler à mi-tempseen half dozijn • une demi-douzaineeen halve fles • une demi-bouteillevoor half geld • à moitié prixter halver hoogte • à mi-hauteureen half jaar • six moishalve kennis • des connaissances imparfaitesde halve stad spreekt ervan • toute la ville en parlede klok slaat hele en halve uren • l'horloge sonne les heures et les demiesom het halve uur • toutes les demi-heureshalf werk • travail bâcléhet werk is half af • le travail est à moitié faitde deur stond half open • la porte était entrouverteeen glas half vol schenken • remplir un verre à moitiéhet staat mij maar half aan • ça ne me satisfait qu'à moitiéhalf lachend, half huilend • entre le rire et les larmesdat middel helpt niet half zo goed • ce remède est loin d'être aussi efficacehalf zo groot als • deux fois plus petit quehet is half elf • il est dix heures et demietien voor half vijf • quatre heures vingttien over half zeven • sept heures moins vingttwee halven maken een heel • deux demis font un entier〈 spreekwoord〉 beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald • il n'y a que les imbéciles qui ne changent jamais d'avis, moitié 〈+ zelfstandig naamwoord〉→ link=mens mens -
15 bui
2 [humeur] mood♦voorbeelden:schuilen voor een bui • take shelter from a stormhier en daar een bui • scattered showerseen energieke bui • a burst of energyeen kwade/goede bui hebben • be in a bad/good mood -
16 drie
1 trois♦voorbeelden:hoofdstuk drie • chapitre troisdrie aan drie • trois par troisiets in drieën delen • partager qc. en troiseen auto in z'n drie zetten • passer la troisièmezij waren met hun drieën • ils étaient troishet is tegen drieën • il est près de trois heureseen drie voor wiskunde • un trois (sur dix) en maths -
17 avril
avril [aavriel]〈m.〉1 april♦voorbeelden:1 〈 spreekwoord〉 en avril, ne te découvre pas d'un fil; en mai, fais ce qu'il te plaît • 〈 ongeveer〉 april doet wat hij wil; 〈 ongeveer〉 in de maand mei leggen alle vogeltjes een ei→ poissonm -
18 drie
drie1〈de〉1 three♦voorbeelden:————————drie2〈 telwoord〉♦voorbeelden:drie uur • three o'clockeen auto in z'n drie zetten • put a car into third gearmet drie tegelijk • in threes, three at a timezij kwamen met hun drieën • three of them camezij waren met hun drieën • there were three of themhet is tegen drieën • it's almost three o'clockdrie is teveel • three is a crowdmet 3-0 verliezen • lose by three goals to nildrie drie, 3-3 • three-all -
19 zes
1 six♦voorbeelden:hoofdstuk zes • chapitre sixhet is zes uur • il est six heuresiets in zessen verdelen • partager qc. en sixmet z'n zessen • à sixzij waren met z'n zessen • ils étaient six〈figuurlijk; zelfstandig〉 hij is van zessen klaar • 〈 van alle markten thuis〉 il sait tout faire; 〈 heeft op alles antwoord〉 il a réponse à touteen zes voor Nederlands • un six (sur dix) en néerlandais→ link=vijf vijf -
20 ingang
1 [opening] entrance, entry ⇒ doorway, 〈 figuurlijk〉 connection, 〈 figuurlijk〉 contact 〈(contactpersoon) bij organisatie e.d.〉2 [met betrekking tot informatie] entry3 [toegang] entrance, entry4 [aanvang] commencement♦voorbeelden:1 een nauwe/wijde ingang • a narrow/wide entrancehet station heeft twee ingangen • the station has two entrancesingang vinden • find acceptancede nieuwe ideeën vonden gemakkelijk ingang bij het publiek • the new ideas found a ready reception with the public4 met ingang van heden/1 april • as of today/April 1stmet onmiddellijke ingang • to take effect at once
- 1
- 2
См. также в других словарях:
T' was een April — t Was één April Directed by Douglas Sirk and Jacques van Tol Written by H.W. Litschke, Rudo Ritter Release date(s) March 27, 1936 Runnin … Wikipedia
Arba'een — Part of a series on Islamic culture Architecture … Wikipedia
Wat Een Dag — Infobox ESC entry song = flagicon|Netherlands Wat Een Dag caption = year = 1961 country = Netherlands artist = Greetje Kauffeld as = with = language = Dutch languages = composer = Dick Schallies lyricist = Pieter Goemans conductor = Dolf van der… … Wikipedia
Andrea Een — is a violist/violinist and Associate Professor of Music at St Olaf College. [ [http://www.stolaf.edu/depts/music/faculty/strings.html St. Olaf College | Northfield, Minnesota, USA ] ] She is a founding member of the Hardanger Fiddle Association… … Wikipedia
Douglas Sirk — Born Hans Detlef Sierck April 26, 1897(1897 04 26) Hamburg, German Empire Died January 14, 1987(1987 01 14) (aged 89) Lugano, Ticino, Switzerland … Wikipedia
Dutch films of the 1930s — Cinema of the Netherlands List of Dutch films Pre 1910 1960s 1910s 1970s 1920s … Wikipedia
Douglas Sirk — (* 26. April 1897 in Hamburg; † 14. Januar 1987 in Lugano, Schweiz; bürgerlich Hans Detlef Sierck) war ein erfolgreicher Bühnenregisseur, dann Filmregisseur der Ufa und später in Hollywood. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 1.1 Deutschland … Deutsch Wikipedia
Magnificent Obsession (1954 film) — Magnificent Obsession Theatrical release poster Directed by Douglas Sirk Produced by … Wikipedia
Douglas Sirk — Données clés Nom de naissance Hans Detlef Sierck Naissance 26 avril 1897 Hambourg Allemagne Nationalité … Wikipédia en Français
Douglas Sirk — Saltar a navegación, búsqueda Douglas Sirk, de nacimiento Claus Detlef Sierck (26 de abril, 1900, Hamburgo, Alemania 14 de enero, 1987, Lugano, Suiza) fue un cineasta estadounidense de origen alemán. Contenido 1 Biografía 2 … Wikipedia Español
Cissy van Bennekom — Francisca „Cissy“ van Bennekom (* 19. Juli 1911 in Haarlem, Nordholland, Niederlande; † 1. März 2005 in Amsterdam, Nordholland, Niederlande) war eine niederländische Schauspielerin. In den 1930er Jahren wirkte sie in einer ganzen Reihe populärer… … Deutsch Wikipedia