-
101 reading
-
102 recording
-
103 reed
n. riet; tongetje[ rie:d]♦voorbeelden: -
104 regarding
-
105 remain
v. blijven; overblijven[ rimmeen]♦voorbeelden:nothing remains but • er blijft niets anders over danI remain yours sincerely • … verblijf ik, hoogachtend -
106 rewarding
adj. lonend, de moeite waard[ riwwo:ding] -
107 second-rater
-
108 singleton
n. eenzame kaart; eenmalig gebeuren, een ding[ singgltən]♦voorbeelden: -
109 smoking is one thing but taking drugs is another
English-Dutch dictionary > smoking is one thing but taking drugs is another
-
110 snip
n. het(af)snijden, het (af)knippen; het snijden, het knippen; sneetje, knip; snipper, stukje; kleermaker--------v. met een schaar knippen; snijdensnip1[ snip] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 knip2 snipper ⇒ stukje, fragment4 〈voornamelijk Amerikaans-Engels; informeel〉nietig persoontje/ding————————snip2〈 snipped〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
111 something
adv. op bepaalde wijze; iets--------n. iets--------pron. iets, een ding; en iets ( dertig en nog iets, etc.)something1[ sumθing] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 iets♦voorbeelden:1 I've bought you a little something to take with you • ik heb een kleinigheidje voor je gekocht om mee te nemen————————something2♦voorbeelden:he dropped something • hij liet iets vallenhe must have forgotten something or other • hij moet het een of ander vergeten zijnseventy something • zeventig en nog watthere's something in/to it • daar is iets van aanit's something like a church • het ziet er min of meer uit als een kerkit came as something of a surprise • het kwam een beetje als een verrassinghe's something of a painter • het is een niet onverdienstelijk schilder————————something3♦voorbeelden: -
112 speeding
-
113 sure
adj. zeker; natuurlijk; nagegaan--------adv. zeker; natuurlijksure11 zeker ⇒ waar, onbetwistbaar2 zeker ⇒ veilig; betrouwbaar, onfeilbaar♦voorbeelden:¶ sure card • iemand/iets waar men van op aan kan/op kan bouwenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉1 zeker ⇒ verzekerd, overtuigd♦voorbeelden:I am not sure • ik weet het niet zekersure of oneself • zelfverzekerd, zelfbewustbe/feel sure about something • overtuigd zijn van iets, iets zeker wetenyou can be sure of it • daar kan je van op aanbe sure to tell her • vergeet vooral niet het haar te vertellento be sure • natuurlijk, toegegevento be sure she is not rich • ze is weliswaar niet rijkit is sure to be a girl • het wordt vast een meisjehe is sure to come • hij komt zekeryou had better be/make sure • je moest het maar even nakijkenjust to make sure • voor alle zekerheid————————sure21 zeker ⇒ natuurlijk, ongetwijfeld, inderdaad♦voorbeelden:1 sure enough! • natuurlijk!he promised to come and sure enough he did • hij beloofde te komen en inderdaad, hij kwam ookI don't know for sure • ik ben er niet (zo) zeker vanthat's for sure • dat staat vast, zoveel is zekeras sure as I am standing here • zo waar ik hier sta -
114 there is only one drawback
-
115 unrewarding
adj. niet lonend, niet de moeite waard[ unriwwo:ding]♦voorbeelden: -
116 wording
n. formulering, bewoording, inkleding, redactie (v. zin)[ wə:ding]1 verwoording ⇒ formulering, woordkeus -
117 worst
adv. op ernstigste manier, op slechtste manier--------n. het slechtste ding; de slechtste situatie--------v. het onderspit doen delven; in de luren leggen; het afleggen tegen iemandworst1[ wə:st] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:do your worst • ga je gang maarget/have the worst of it • aan het kortste eind trekkenat (the) worst • in het ergste/ongunstigste geval————————worst2I 〈bijvoeglijk naamwoord; overtreffende trap van bad〉————————worst3〈 bijwoord〉♦voorbeelden:the worst dressed man • de slechtst geklede man -
118 apostrophise
v. apostroferen, apostrof gebruiken, apostrof toevoegen; pauzeren en spreken, met nadruk spreken tegen iemand/ding die/dat niet aanwezig is of denkbeeldig is (ook " apostrophize") -
119 apostrophize
v. apostroferen, apostrof gebruiken, apostrof toevoegen; pauzeren en spreken, met nadruk spreken tegen iemand/ding die/dat niet aanwezig is of denkbeeldig is (ook " apostrophise") -
120 burster
n. een ding dat ontploft; iemand die ontploft; een explosieve lading
См. также в других словарях:
ding — ding … Dictionnaire des rimes
Ding — steht für: etwas Unspezifiziertes, siehe Sache, Gegenstand eine Gerichtsversammlung freier Männer nach dem alten germanischen Recht (antiquiert), siehe Thing einen chinesischen Kultgegenstand, siehe Ding (Gefäß) einen philosophischen Begriff von… … Deutsch Wikipedia
Ding — may refer to: Ding (vessel), a type of ancient Chinese vessel with three legs Ding (surname), a Chinese surname (and list of people with the name) (ding) or Gnus, a news reader Ding, a webcomic by Scott Kurtz Ding , a song by Seeed <ding>,… … Wikipedia
Ding Yi — Traditional Chinese 丁儀 Simplified Chinese 丁仪 Transcriptions … Wikipedia
ding — [ diŋ ] interj. • XVIe din, dint; onomat. ♦ Onomatopée évoquant un tintement, un coup de sonnette. ⇒ drelin, dring. Ding, ding, dong ! [ diŋ dɛ̃g dɔ̃(g) ],onomatopée évoquant la sonnerie d un carillon. ding [diŋ] interj. ÉTYM. XVIe, din, dint;… … Encyclopédie Universelle
Ding — Ding: Das heute im Sinne von »Gegenstand, Sache« verwendete Wort stammt aus der germ. Rechtssprache und bezeichnete ursprünglich das Gericht, die Versammlung der freien Männer; vgl. hierzu das Kapitel zur Sprachgeschichte Der germanische… … Das Herkunftswörterbuch
Ding — (d[i^]ng), v. t. [imp. & p. p. {Dinged}, {Dang} (Obs.), or {Dung} (Obs.); p. pr. & vb. n. {Dinging}.] [OE. dingen, dengen; akin to AS. dencgan to knock, Icel. dengja to beat, hammer, Sw. d[ a]nga, G. dengeln.] 1. To dash; to throw violently. [Obs … The Collaborative International Dictionary of English
Ding — Sn std. (8. Jh.), mhd. dinc, ahd. ding, thin(g), as. thing Stammwort. Läßt sich zunächst auf g. * þenga n. Übereinkommen, Versammlung, Thing , auch in anord. þing, ae. þing, afr. thing, zurückführen. Für die heutige Bedeutung ist von einer… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
ding — lydord; ding dang; ding dong … Dansk ordbog
Ding Yi — (* 14. Januar 1959) ist ein in China geborener österreichischer Tischtennisspieler. Seit den 1990er Jahren gehört er zu den Spitzenspielern in Österreich. Inhaltsverzeichnis 1 Karriere in Österreich 2 Zeit in Deutschland 3 Privat … Deutsch Wikipedia
ding — 1819, to sound as metal when struck, possibly abstracted from ding dong, of imitative origin. The verb meaning to deal heavy blows is c.1300, probably from O.N. dengja to hammer, perhaps imitative. Meaning dent is 1960s. Dinger something… … Etymology dictionary