-
1 broker
n. makelaar; handelaar in tweedehandsartikelen--------v. optreden als makelaar of bemiddelaar; kopen en verkopen van onroerende goederen voor anderenbroker1[ brookə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————broker2II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
2 jobber
n. stukwerker; (effecten)handelaar; hoekman; zwendelaar[ dzjobbə] -
3 биржевой маклер
adjgener. makelaar in effecten -
4 stockbroker
-
5 agent
agent [aazĵã]〈m.〉1 agent ⇒ beambte, ambtenaar2 agens ⇒ kracht, werkzaam bestanddeel♦voorbeelden:agent d'affaires • zaakwaarnemeragent de change • makelaar in effectenagent de la force publique • handhaver van de openbare veiligheidagent de liaison • verbindingsofficieragent de maîtrise • voorman, opzichteragent de police • politieagentagent administratif, public • ambtenaaragent commercial • vertegenwoordigeragent comptable • boekhouderagent provocateur • (betaalde) opruieragent (secret) • geheim agent, spionagent chimique • chemische stofagent pathogène • ziekteverwekker————————agent (secret)geheim agent, spionm1) (politie)agent, beambte2) agens, werkend middel, factor -
6 agent de change
agent de change
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский