-
1 ziekenverzorgster
→ link=ziekenverzorger ziekenverzorger -
2 ziekenverzorgster
→ link=ziekenverzorger ziekenverzorgerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ziekenverzorgster
-
3 ziekenverzorgster
n. sick nurse -
4 сиделка
ziekenverzorgster -
5 aide-soignante
-
6 aide
aide [ed]I 〈m., v.〉1 hulp ⇒ assistent(e), maat♦voorbeelden:aide de laboratoire • laborantaide familiale • gezinsverzorgster, -hulpaide maternelle • kinderverzorgsteraide ménagère • hulp in de huishoudingaide soignante • ziekenverzorgsterII 〈v.〉1 hulp ⇒ bijstand, steun♦voorbeelden:aide au retour • vertrekpremieaides audio-visuelles • audiovisuele hulpmiddelenapporter, prêter son aide • hulp verlenenappeler qn. à son aide • iemand te hulp roepenà l'aide! • help!à l'aide de • met behulp van, metvenir en aide à qn. • iemand te hulp komen1. fhulp, bijstand, steun2. m/fhulp, assistent/-e3. aide-adjhulp-, bij-, assistent- -
7 aide soignante
aide soignante -
8 aide-
aide- [ed]1 hulp- ⇒ bij-, assistent-♦voorbeelden:aide-ménagère • hulp in de huishoudingaide-soignante • ziekenverzorgster -
9 ziekenverzorger
ziekenverzorger, ziekenverzorgster -
10 ziekenverzorger
ziekenverzorger, ziekenverzorgsterVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ziekenverzorger
-
11 Hilfsschwester
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский