-
1 voorafgaand
♦voorbeelden:de voorafgaande gesprekken • les entretiens préliminairesde voorafgaande week • la semaine précédenteop grond van het voorafgaande • en fonction de ce qui précède -
2 voorafgaand
1 preceding, foregoing♦voorbeelden:1 voorafgaande kennisgeving • previous/prior noticevoorafgaande toestemming • prior permissionde voorafgaande werkzaamheden/gesprekken • the preceding activities/talks -
3 voorafgaand
предыдущий; предшествующий* * *прил.общ. предшествующий, предыдущий -
4 voorafgaand
I.vorausgehendII.vorhergehend -
5 voorafgaand
adj. former, prior, previous, preparatory, anterior, last, preliminary, precursory -
6 voorafgaand
• leading• preceding -
7 voorafgaand
1) förliden2) sist3) skoläst4) hålla5) föregående6) förra -
8 voorafgaand
önceki adj -
9 voorafgaand
précédent -
10 prethodan
voorafgaand -
11 preceding
voorafgaand -
12 previous to
-
13 prior to
-
14 preliminary game
voorafgaand spel -
15 preliminary inquiry
voorafgaand onderzoek (onderzoek gehouden voor de rechtszaak) -
16 preliminary reading
voorafgaand lezen (van wetsvoorstel) -
17 preparatory bombardment
voorafgaand bombardement (kanonsvuur voor de werkelijke aanval) -
18 antecedent
adj. iets voorafgaands--------n. antecedent; veronderstellingantecedent1[ æntissie:dnt] 〈zelfstandig naamwoord; antecedence〉————————antecedent2 -
19 anterior
adj. voor;...komt voor...[ æntiəriə]1 voorste ⇒ eerste, voor-2 voorafgaand ⇒ vroeger, ouder♦voorbeelden:2 anterior to • vroeger/ouder dan, voorafgaand aan -
20 prefatory
Страницы