-
1 crinkle
n. kreukel--------v. kreukelen; verfrommelencrinkle1[ kringkl] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 kreuk ⇒ (valse/ongewenste) vouw————————crinkle2〈 werkwoord〉1 (doen) kreuke(le)n ⇒ (doen) rimpelen, verfrommelen, verkreuken♦voorbeelden:1 my dress is all crinkled • mijn jurk is helemaal gekreukt/verkreuktcrinkled paper • geplooid/gerimpeld papier 〈 bijvoorbeeld crêpepapier〉 -
2 crumple
v. ver/wegschrompelen, ineenklappen; verfrommelen[ krumpl]1 〈vaak +up〉ver/wegschrompelen ⇒ ineenstorten/klappen♦voorbeelden: -
3 rumple
n. verkreupelen--------v. verkreupelen, kreuken, vouwen, in de war maken (haar), verfrommelen[ rumpl]1 kreuken ⇒ door de war maken, verfrommelen -
4 bunch
n. bos; groep--------v. samendringen; vouwenbunch1[ buntsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 bos(je) ⇒ bundel, tros♦voorbeelden:a bunch of grapes • een tros(je) druivena bunch of keys • een sleutelbos————————bunch21 samendringen/drommen/hopenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 samenballen/binden/bundelen -
5 crackle
v. knapperen, knetterencrackle1[ krækl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————crackle2II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
6 crimp
n. gekrulde haarlok; het plooien of een andere handeling die iets plooit; belemmering, persoon of iets die of dat hindert of anders iemand of iets in de weg staat; het vouwen of plooien door twee kanten op elkaar te klemmen (bv. weefsel of gebak)--------v. plooien; krullen; verfrommelen[ krimp] -
7 screw up
opschroeven, opvijzelen; aanschroeven; dichtschroeven; oprollen; samenknijpen; verprutsen, verknoeien; in de war brengenscrew up1 verwringen ⇒ verdraaien, verfrommelen♦voorbeelden: -
8 screw
n. schroef; aanschroeven; druk; vrek; knol; salaris; gevangenis--------v. aanschroeven, vastschroeven; de duimschroeven aanzetten; neuken, naaien (slang)screw1[ skroe:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 schroef♦voorbeelden:→ loose loose/————————screw21 neuken♦voorbeelden:screw down • vastschroevenscrew on • vastschroeven→ screw out of screw out of/, screw up screw up/ -
9 tousle
v. in wanorde brengen, verfomfaaien; verfrommelen; stoeien met[ tauzl]
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский