-
1 sell off
-
2 remainder
-
3 sell
n. verkoop(methode); "programma" (slang)--------v. verkopen; van de hand doen; verhandelen; "verkopen", verraden, overgeven; kopers trekken; oplichtensell1[ sel]————————sell21 verkocht worden ⇒ verkopen, kosten, in de handel zijn3 aanvaard worden ⇒ goedgekeurd worden, populair zijn♦voorbeelden:¶ sell up • zijn zaak sluiten/opheffen→ sell out sell out/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verkopen ⇒ in voorraad hebben, doen/handelen in; verkwanselen3 overhalen ⇒ warm maken voor, aanpraten♦voorbeelden:1 sell one's soul • zijn ziel verkopen, zich verlagensell off • uitverkopensell at five pounds/at a loss • voor vijf pond/met verlies verkopen→ sell out sell out/ -
4 sell out
uitverkocht rakensell out3 zijn zaak/aandeel in een zaak verkopen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verkopen ⇒ uitverkopen, doorheen raken2 van de hand doen ⇒ ermee ophouden, verkopen3 verraden♦voorbeelden: -
5 sell up
opheffingsuitverkoop houden, zijn zaak sluitensell upsluiten, opheffen; 〈 zijn zaak〉 uitverkopen en sluiten————————sell upzijn zaak sluiten/opheffen
См. также в других словарях:
Ausverkauf — Unter Ausverkauf versteht man einen totalen Verkauf aller verfügbaren Waren wegen Aufgabe eines Gewerbebetriebes unter meist hohen Rabatten. Der Begriff wird auch als Metapher verwendet. Er unterscheidet sich von einem Räumungsverkauf wegen… … Deutsch Wikipedia