-
1 uitkiezen
-
2 uitkiezen
♦voorbeelden: -
3 uitkiezen
-
4 uitkiezen
auswählen -
5 uitkiezen
eligí, eskohé, kis, skoheDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > uitkiezen
-
6 uitkiezen
v. choose, select, pick, pick on, handpick, pick out, single out, elect, bouse -
7 uitkiezen
• to choose• to select -
8 uitkiezen
1) utvälja2) välja3) utse -
9 uitkiezen
seçmek [-er] v -
10 uitkiezen
adopter, choisir, désigner, opter -
11 uitkiezen
eligí, eskohé, kis, skohe -
12 je hebt het maar voor het uitkiezen
je hebt het maar voor het uitkiezenDeens-Russisch woordenboek > je hebt het maar voor het uitkiezen
-
13 je hebt het maar voor het uitkiezen
je hebt het maar voor het uitkiezenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > je hebt het maar voor het uitkiezen
-
14 izabrati
uitkiezen -
15 mark out
afbakenen, afperken, markeren, aanduiden; uitkiezen, bestemmenmark out♦voorbeelden: -
16 sélectionner
sélectionner [seeleksjonnee]〈 werkwoord〉1 selecteren ⇒ selectie toepassen op, schiften, uitkiezenvselecteren, uitkiezen -
17 выбирать
kiezen, uitkiezen, uitzoeken, selecteren -
18 отбирать
wegnemen, afnemen ; uitkiezen, uitzoeken, selecteren -
19 отобрать
wegnemen, afnemen ; uitkiezen, uitzoeken, selecteren -
20 подбирать
oprapen, opnemen ; uitkiezen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Немецкий
- Нидерландский
- Пенджабский
- Русский
- Турецкий
- Французский
- Шведский
uitkiezen
Страницы