-
1 contraste
contraste [kõtraast]〈m.〉♦voorbeelden:faire contraste avec • contrasteren metoffrir un contraste criant avec • schril afsteken bijen contraste avec • in tegenstelling met, totpar contraste • in tegenstelling daarmee, daarentegenmcontrast, tegenstelling -
2 opposition
opposition [oppooziesjõ]〈v.〉1 weerstand ⇒ tegenstand, verzet2 tegenstelling ⇒ contrast, verschil, tegenspraak♦voorbeelden:opposition d'intérêts • belangenstrijdrencontrer de l'opposition • op weerstand stuiten, tegenstand ondervindenfaire, mettre opposition à • bezwaar maken tegen, beroep aantekenen tegenpar opposition à • in tegenstelling metf1) tegenstand, verzet -
3 в противоположность
prepos.gener. tegenover, in tegenstelling, in tegenstelling tot (кому-л., чему-л.)Russisch-Nederlands Universal Dictionary > в противоположность
-
4 antithesis
n. antithese, tegenstelling1 antithese ⇒ tegenstelling, tegenstrijdigheid -
5 as opposed to
in tegenstelling totas opposed toin tegenstelling met/tot -
6 contradistinction
-
7 contrast
n. contrast, tegenstelling; (in computers) scherpheid, de verhouding tussen de lichtste en donkerste pixels op het computerscherm--------v. nagaan; vergelijkencontrast1[ kontra:st] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:by contrast with • (vooral) naast, vergeleken bijin contrast to/with • in tegenstelling tot————————contrast2[ kəntra:st]1 contrasteren ⇒ (tegen elkaar) afsteken, (een) verschil(len) vertonen♦voorbeelden:1 contrast with • afsteken bij/tegenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
8 in contradistinction to
-
9 in opposition
in tegenstellingin oppositionin oppositie/tegen(over)stand (met de zon) 〈 in tegenstelling tot in conjunctie〉 -
10 opposition
n. tegenstand; tegenstelling; oppositie[ oppəzisjn]1 oppositie ⇒ het tegen(over)stellen/opponeren2 oppositie ⇒ verzet, tegenkanting♦voorbeelden:1 〈 astrologie, sterrenkunde〉 in opposition • in oppositie/tegen(over)stand (met de zon) 〈 in tegenstelling tot in conjunctie〉in opposition to • tegen(over), verschillend van, in strijd metII 〈zelfstandig naamwoord; werkwoord voornamelijk enkelvoud; vaak Opposition; the〉1 oppositie(groep/partij)♦voorbeelden: -
11 contraire
contraire (à) [kõtrer]1 tegen(over)gesteld (aan) ⇒ 〈 bijvoeglijk naamwoord ook〉 (tegen)strijdig (met), (indruisend) tegen ⇒ 〈 bijwoord ook〉 in strijd (met), in tegenstelling (tot)♦voorbeelden:contraire à la raison • onverstandigêtre contraire à • in strijd zijn met, indruisen tegenau contraire • integendeel; daarentegenbien au contraire, tout au contraire • verre van datau contraire de • in tegenstelling totprouver le contraire • het tegendeel bewijzen1. mtegendeel, tegenovergestelde2. contraire (à)adj(tegen)strijdig (met), (indruisend) tegen -
12 désaccord
désaccord [deezaakor]〈m.〉♦voorbeelden:être en désaccord avec qn. sur qc. • het met iemand oneens zijn over ietsêtre en désaccord avec son temps • niet met zijn tijd overeenstemmenm1) onenigheid, meningsverschil2) verschil, tegenstelling -
13 dissonance
dissonance [diesonnãs]〈v.〉1 dissonant ⇒ wanluidendheid, wanklank♦voorbeelden:f1) dissonant, wanklank -
14 divergence
divergence [dieverzĵãs]〈v.〉1 (het) uiteenlopen 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ (het) uiteenwijken 〈 van elementen die ontspringen uit één punt〉 ⇒ verschil, tegenstelling♦voorbeelden:f2) verschil, tegenstelling3) (het) veroorzaken van een kettingreactie [kernreactor] -
15 Gegensatz
-
16 противоречие
tegenspraak, tegenstrijdigheid, tegenstelling -
17 антитеза
ngener. antitese, antithese, tegenstelling -
18 антоним
ngram. tegenstelling, antoniem, tegenoverstelling -
19 в отличие
prepos.gener. in tegenstelling -
20 в отличие от
prepos.gener. (чего-, кого-л.) in tegenstelling tot
См. также в других словарях:
Joost Broerse — Spielerinformationen Voller Name Joost Broerse Geburtstag 8. Mai 1979 Geburtsort … Deutsch Wikipedia