-
1 отослать
verzenden, opsturen ; wegzenden, afsturen -
2 держать против ветра
vgener. opsturenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > держать против ветра
-
3 направлять
vgener. laten toekomen, toezenden, opsturen, richten, stellen, aansturen, afsturen, afzenden (van-èç; op-ê, íà), terechthelpen -
4 посылать
vgener. insturen (экспонаты, картины на выставку, на конкурс), inzenden, opzenden, stieren, sturen, uitsturen (op-çà), uitzenden, verwijzen, zenden, (iem., iets) doen toekomen (кому-л., что-л.), (iem., iets) laten toekomen (кому-л., что-л.), aansturen (op-ê, â), afsturen, afvaardigen (официально), afzenden, bestellen (за кем-л.), opsturen, toesturen, wegzenden
Перевод: с русского на нидерландский
с нидерландского на русский- С нидерландского на:
- Русский
- С русского на:
- Нидерландский