-
1 on the level
-
2 raise the level of diplomatic relations
het peil van diplomatieke relaties verhogenEnglish-Dutch dictionary > raise the level of diplomatic relations
-
3 level
adj. vlak; gelijk; gebalanceerd; vertikaal; gelijkmatig--------n. hoogte; niveau; klasse; oppervlakte; vlak; peil (waterpeil)--------v. afvlakken, glad maken; gelijkheid brengen; vergelijken; vernietigen, aan de grond gelijk makenlevel1[ levl]1 〈 ook als 2e lid van samenstellingen〉 peil ⇒ niveau, hoogte; 〈 bij uitbreiding〉 natuurlijke/juiste peil/plaats3 horizontaal ⇒ waterpas(se) lijn/vlak♦voorbeelden:1 level of achievement/production • prestatie/productiepeilon a level of equality • op voet van gelijkheidfind one's level • zijn plaats vindenII 〈niet-telbaar zelfstandig naamwoord; vaak als 2e lid van samenstellingen〉1 niveau♦voorbeelden:————————level23 (op) gelijk(e hoogte) ⇒ even hoog/ver4 gelijkmatig ⇒ evenwichtig, regelmatig5 beraden ⇒ bedaard, kalm♦voorbeelden:draw level with • op gelijke hoogte komen met————————level3〈 levelled〉♦voorbeelden:♦voorbeelden:level (a weapon) at someone • (een wapen) op iemand richten¶ level off • gelijk/vlak maken/wordenlevel off/out • (zich) (op een bepaald niveau) stabiliseren; zijn (maatschappelijke) plafond bereikenlevel out • gelijk/vlak maken/worden; onderscheid/verschillen wegnemen (bij/tussen)♦voorbeelden:level up • tot hetzelfde niveau omhoog brengen————————level4〈 bijwoord〉1 vlak ⇒ horizontaal, waterpas -
4 level the score
-
5 the advanced level
schoolexamen vwo/atheneum -
6 level of fats in the blood
vetgehalte in het bloed -
7 at the highest level
op het hoogste peil,in de hoogste rang -
8 water level of the Kinneret
het waterpeil van het Meer van Tiberias (de hoogte van het water in Meer van Tiberias) -
9 advanced
adj. vooruitgegaan; gevorderd[ ədva:nst]2 geavanceerd ⇒ modern, vooruitstrevend♦voorbeelden:〈 Brits-Engels〉 advanced supplementary level 〈ook: A/S level〉 • A/S-examen(niveau) 〈vanaf 1989 nemen vwo-eindexamenkandidaten 2 vakken op A-niveau en 2 op A/S-niveau in plaats van 3 op A-niveau〉advanced studies • studies voor gevorderdenadvanced techniques • geavanceerde technieken -
10 dead
adj. dood; levenloos, gevoelloos; absoluut; pal; dode; holst--------adv. compleet, totaal; zeker; (Slang) extreem, heel (Bv. "Our vacation in the Bahamas was dead good")--------n. dood; ten midden (van), in de kern (van)dead1[ ded] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 hoogte/dieptepunt♦voorbeelden:the dead of winter • hartje winter————————dead2〈 deadness〉1 dood ⇒ overleden, gestorven3 onwerkzaam ⇒ leeg, uit, op♦voorbeelden:leave for dead • voor dood achterlatenthe dead • de dode(n)raise from the dead • uit de dood wekkenrise from the dead • uit de dood opstaandead coal • dove/ 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉dead flame • uitgedoofde vlamdead match • afgebrande luciferthe radio is dead • de radio is uitgevallen/doet het niet (meer)cut out (the) dead wood • ontdoen/verwijderen van ballast/overbodige franje¶ dead as a doornail/as mutton • morsdood, zo dood als een pier〈 slang〉 dead duck • mislukk(el)ing, verliezerdead end • doodlopende straat; impasse, dood puntcome to a dead end • op niets uitlopen〈 sport〉 dead heat • gedeelde eerste (tweede enz.) plaatsbeat/flog a dead horse • oude koeien uit de sloot halenstep into a dead man's shoes • iemand opvolgenwait for a dead man's shoes • op iemands bezit/erfenis/baantje azen〈 informeel〉 dead from the neck up • hersenloos, stompzinnigdead nettle • dovenetelQueen Anne is dead • (dat is) oud nieuwsdead weight • dood gewicht, dode last; 〈 techniek, technologie〉deadweight, draagvermogen, eigen gewicht; 〈 figuurlijk〉 ongedekte schuldgo dead • vastlopen, niet verder kunnen; 〈 figuurlijk〉 opgeven; verbroken worden, uitvallen 〈 van verbinding〉〈 informeel〉 I wouldn't be seen dead in that dress/in there • voor geen geld/goud zou ik me in die jurk/daar vertonenI'll see you dead first • over mijn lijkII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉2 volkomen ⇒ absoluut, compleet♦voorbeelden:in dead earnest • doodernstigdead silence • doodse stilteon a dead level • precies naast elkaar¶ the dead spit of (his father) • het evenbeeld van/precies (zijn vader)————————dead3〈 bijwoord〉2 pal ⇒ vlak, onmiddellijk♦voorbeelden:dead certain • honderd procent zekerdead drunk • stomdronkendead easy • doodsimpelbe dead right • groot gelijk hebbendead slow • met een slakkengangdead straight • kaarsrechtstop dead • stokstijf blijven staandead tired/exhausted • doodop, bekaf2 dead ahead of you • pal/vlak voor je (uit) -
11 draw
n. attractie, trekking; (uit)verloting; gelijk spel, remise--------v. tekenen; trekken; opnemen; trekken (v.e. pistool)draw1[ dro:] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 aantrekkingskracht ⇒ attractie, trekpleister♦voorbeelden:————————draw2♦voorbeelden:draw near • naderen, dichterbij komendraw off • (zich) terugtrekken, weggaanhe drew alongside the bus • hij ging naast de bus rijden→ draw apart draw apart/, draw away draw away/, draw back draw back/, draw in draw in/, draw on draw on/, draw out draw out/, draw up draw up/♦voorbeelden:the chimney doesn't draw • de schoorsteen trekt nietdraw one's sword against • ten strijde trekken tegendraw along • voorttrekkendraw aside • opzij trekken, apart nemendraw back the curtains • de gordijnen opentrekken/doendraw off • uittrekken, afdoendraw together • samentrekken, nader tot elkaar komendraw someone into a conversation • iemand in een gesprek betrekken2 draw a circle • een cirkel trekken/beschrijvendraw inspiration from • inspiratie opdoen uitdraw on/upon • een beroep doen op, putten uit, gebruik maken vanI'll have to draw upon my savings • ik zal mijn spaargeld moeten aanspreken4 (te voorschijn) halen ⇒ uittrekken; 〈 figuurlijk〉 ontlokken; naar buiten brengen/halen; (af)tappen 〈bier enz.〉5 van de ingewanden ontdoen ⇒ ontweien, schoonmaken10 〈 sport〉een bepaald(e) richting/effect geven aan 〈 de bal〉 ⇒ 〈 biljart〉 trekken; 〈 cricket, golf〉 (te veel) naar s slaan 〈 van rechtshandige〉; (te veel) naar rechts slaan 〈 van shandige〉♦voorbeelden:2 draw a deep breath • diep inademen, diep ademhalenhis story drew tears • zijn verhaal maakte de ogen vochtighe refused to be drawn • hij liet zich niet uit zijn tent lokkendraw forth • te voorschijn halenshe drew all her savings from her account • zij nam al haar spaargeld op (van haar rekening) -
12 score
n. resultaat; puntenstelsel; winstpunt; rangschikking; tientallig; schuld; rekening; partituur; aantekening; spleet, snee--------v. bereiken, winnen, hoog scoren; hoge punten krijgen; aantekenen; spleet, sneescore1[ sko:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 stand ⇒ puntentotaal, score3 getrokken/ingesneden lijn ⇒ kerf, kras; striem, schram; lijn6 grief7 onderwerp ⇒ thema, punt♦voorbeelden:1 what is the score? • hoeveel staat het?keep (the) score • de stand bijhoudenlevel the score • gelijkmakenon the score of • vanwegeon that score • daaromrun up a score • in de schulden rakenon this/that score • wat dit/dat betreft————————score23 succes hebben/boeken♦voorbeelden:¶ 〈 informeel〉 score off/against/over someone • iemand aftroeven; iemand de grond in trappen 〈 in debat〉; iemand voor gek zettenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 lijn(en) trekken/krassen ⇒ (in)kerven; schrammen6 een score/puntentotaal halen van 〈 bijvoorbeeld in test〉♦voorbeelden:2 score something (up) against/to someone • iets op iemands rekening schrijven 〈 ook figuurlijk〉; iemand iets aanrekenen -
13 ordinary
adj. gewoon--------n. kerkelijk rechter; ordinaris (bv. aartsbisschop in een kerkprovincie)ordinary1[ o:dnrie] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 〈vaak meervoud; Brits-Engels; geldwezen〉 (gewoon) aandeel 〈in tegenstelling tot preferent/uitgesteld aandeel〉♦voorbeelden:physician in ordinary to Her Majesty • lijfarts van Hare Majesteitout of the ordinary • ongewoon, bijzonderthe ordinary • de gewone gang van zaken→ lord lord/————————ordinary2〈bijvoeglijk naamwoord; ordinariness〉1 gewoon ⇒ gebruikelijk, normaal, vertrouwd♦voorbeelden:ordinary seaman • (rang van) lichtmatroos, gemeen matroos2 the ordinary run of things • de doorsnee/middelmaat -
14 split
adj. gesplitst; gespleten; gescheiden (mening, etc)--------n. spleet; scheuring; scheur; bananasplit (ijssoort); halve fles drank--------v. splijten; splitsen; verdelen; delen; scheuren; weggaansplit1[ split]2 deel ⇒ gedeelte, aandeelIII 〈meervoud; the〉1 spagaat♦voorbeelden:————————split2〈 bijvoeglijk naamwoord〉 〈→ Sporttermen: American footballSporttermen: American football/〉♦voorbeelden:split pea • spliterwtsplit pin • splitpensplit second • onderdeel van een seconde, flitssplit shift • gebroken dienst〈 Amerikaans-Engels, voornamelijk politiek〉 split ticket • gesplitste stem 〈 stem uitgebracht op kandidaten van verschillende partijen〉————————split3♦voorbeelden:♦voorbeelden:split up into groups • (zich) in groepjes verdelen
См. также в других словарях:
The Level Business Head — is a short story by P. G. Wodehouse, which first appeared in the United Kingdom in the May 1926 issue of the Strand , and in the United States in the February 1926 Liberty . It was included in the collection Lord Emsworth and Others , published… … Wikipedia
On the Level — Studio album by Status Quo Released 21 February 1975 … Wikipedia
on the level — {adj. phr.}, {informal} Honest and fair; telling the whole truth. * /Our teacher respects the students who are on the level with her./ * /Joyce wondered if the fortune teller was on the level./ … Dictionary of American idioms
on the level — {adj. phr.}, {informal} Honest and fair; telling the whole truth. * /Our teacher respects the students who are on the level with her./ * /Joyce wondered if the fortune teller was on the level./ … Dictionary of American idioms
Level sensor — Level sensors are used to detect liquid level. The liquid to be measured can be inside a container or can be in its natural form (e.g. a river or a lake). The level measurement can be either continuous or point values. Continuous level sensors… … Wikipedia
Level — Lev el (l[e^]v [e^]l), n. [OE. level, livel, OF. livel, F. niveau, fr. L. libella level, water level, a plumb level, dim. of libra pound, measure for liquids, balance, water poise, level. Cf. {Librate}, {Libella}.] 1. A line or surface to which,… … The Collaborative International Dictionary of English
Level of the sea — Level Lev el (l[e^]v [e^]l), n. [OE. level, livel, OF. livel, F. niveau, fr. L. libella level, water level, a plumb level, dim. of libra pound, measure for liquids, balance, water poise, level. Cf. {Librate}, {Libella}.] 1. A line or surface to… … The Collaborative International Dictionary of English
Level design — or game mapping is the creation of levels mdash;locales, stages, or missions mdash;for a video game (such as a console game or computer game). This is commonly done using level design tools, special software usually developed just for the purpose … Wikipedia
Level set method — The level set method (sometimes abbreviated as LSM) is a numerical technique for tracking interfaces and shapes. The advantage of the level set method is that one can perform numerical computations involving curves and surfaces on a fixed… … Wikipedia
Level railway station — The Level Yn Laare Isle Of Man Railway Station statistics Address … Wikipedia
The Sims 3 — Developer(s) The Sims Studio Publisher(s) Electronic Arts … Wikipedia