-
1 maaksel
♦voorbeelden:is dat eigen maaksel? • did you make that yourself?2 wat is dat voor vreemd maaksel? • what kind of a contraption is that? -
2 maaksel
♦voorbeelden:hij las ons verzen van eigen maaksel voor • il nous a lu des vers qu'il avait composés -
3 maaksel
стиль; покрой; творение, произведение; самодельщина* * *сущ.1) общ. изделие, произведение, структура, стиль, творение, тип2) презрит. стряпня -
4 maaksel
n. make, making, cut, fashion -
5 maaksel
make -
6 die pudding is eigen maaksel
die pudding is eigen maaksel -
7 hij las ons verzen van eigen maaksel voor
hij las ons verzen van eigen maaksel voorDeens-Russisch woordenboek > hij las ons verzen van eigen maaksel voor
-
8 die pudding is eigen maaksel
die pudding is eigen maakselVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die pudding is eigen maaksel
-
9 is dat eigen maaksel?
is dat eigen maaksel?did you make that yourself?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > is dat eigen maaksel?
-
10 wat is dat voor vreemd maaksel?
wat is dat voor vreemd maaksel?what kind of a contraption is that?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wat is dat voor vreemd maaksel?
-
11 van eigen maaksel
предл. -
12 изделие
ngener. maaksel, makelij, artikel, produkt -
13 произведение
n1) gener. geschrift, maaksel, stuk, werk, gewrocht (художественное), schepping, voortbrengsel2) math. product, produkt -
14 собственного производства
adjgener. van eigen maakselRussisch-Nederlands Universal Dictionary > собственного производства
-
15 стиль
ngener. dictie, diktie, stijl, maaksel, (плавания) slag, trant -
16 структура
n1) gener. gesteldheid (почвы и т.п.), maaksel, bestel (God's bestel - Áîæèé ïðîìûñåô), samenstel, structuur2) anat. ordening -
17 стряпня
-
18 творение
ngener. creatie, schepping, gewrocht, maaksel, schepsel -
19 тип
-
20 creation
- 1
- 2