-
1 looien
-
2 looien
-
3 looien
(вы)дубить, выделать кожу* * *гл.общ. выделывать кожу, дубить -
4 looien
v. barken, tan -
5 looien
ww -
6 looien
garva -
7 het looien
het looien -
8 leer looien
leer looien -
9 tan
adj. zongebruind--------n. bruine kleur (v.d. huid door zonnebrand)--------v. bruinen, bruin worden; looien, tanen; iemand afrossentan1[ tæn] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————tan2————————tan3〈 tanned〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:————————tan4〈 verkorting〉 [tangent]1 tg -
10 tanner
-
11 выделывать кожу
vgener. looien -
12 дубить
vgener. tanen, leerlooien, looien -
13 tanning
-
14 barken
v. behandelen met looiaftreksel, looien -
15 barkery
n. plaats waar schors wordt gebruikt voor looien -
16 tannerie
-
17 chromer
-
18 tannage
-
19 выделывать кожу
vgener. looien -
20 дубить
vgener. tanen, leerlooien, looien
Страницы
- 1
- 2