-
41 creep
n. ongedierte (afkeurende opmerking)--------v. kruipen, sluipen; klimmen; binnensluipencreep1[ krie:p] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————creep2♦voorbeelden:creep up on • bekruipen, besluipen -
42 crowd
n. menigte, massa; groep; vriendenkring; hoop, stapel--------v. vullen; volproppen; dringencrowd1[ kraud]2 (wanordelijke) bende ⇒ pan, troep♦voorbeelden:II 〈zelfstandig naamwoord; werkwoord enkelvoud of meervoud〉♦voorbeelden:¶ follow/move with/go with the crowd • in de pas lopen, zich conformeren aan de massaraise oneself/rise above the crowd • boven de massa uitstijgen————————crowd21 samendrommen ⇒ elkaar/zich verdringen♦voorbeelden:1 people crowded in/round • mensen dromden samen/verdrongen elkaarcrowd (all) together • (allemaal) op een kluitje gaan staanII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 proppen ⇒ persen, (dicht) op/tegen elkaar drukken♦voorbeelden:¶ crowd out • buitensluiten, verdringen -
43 cuticle
-
44 cyanosis
n. cyanosis, blauwzucht, blauwe verkleuring van huid en slijmvliezen door te groot gehalte gereduceerd hemoglobine i.h. bloed -
45 dander
n. woede, boosheid; irritatie; roos; schilferachtige schilfers op huid of vlekjes die allergische reacties kunnen veroorzaken (Iers gebruik)[ dændə] 〈 informeel〉1 (slecht) humeur ⇒ nijd(igheid), woede♦voorbeelden:¶ get one's dander up • pissig/woest wordenget someone's dander up • iemand nijdig maken -
46 doughy skin
-
47 doughy
-
48 ectoderm
-
49 emollient
-
50 excoriate
v. ontvellen, schaven -
51 fair
adj. billijk, eerlijk; behoorlijk; blond; mooi, net; kermis, markt--------adv. eerlijk; behoorlijk; in het geheel (spreektaal)--------n. (jaar)markt, tentoonstellingfair1[ feə] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 beurs ⇒ (jaar)markt, tentoonstelling————————fair2〈bijvoeglijk naamwoord; fairness〉1 eerlijk ⇒ redelijk, geoorloofd2 behoorlijk ⇒ bevredigend, redelijk♦voorbeelden:fair game • wild waarop gejaagd mag worden; 〈 figuurlijk〉 gemakkelijke prooi 〈 bijvoorbeeld voor kritiek〉get a fair hearing • een eerlijk proces krijgenby fair means or foul • met alle/geoorloofde en ongeoorloofde middelenfair play • fair play, eerlijk spel 〈 ook figuurlijk〉〈 informeel〉 fair enough! • dat is niet onredelijk!, okay!the fair sex • het schone geslacht————————fair3〈 bijwoord〉2 beleefd ⇒ hoffelijk, netjes3 precies ⇒ pal, net♦voorbeelden:1 play fair • eerlijk spelen, integer zijn -
52 fairness
n. fatsoen, rechtvaardigheid; schoonheid[ feərnəs]1 eerlijkheid ⇒ billijkheid, rechtvaardigheid, redelijkheid♦voorbeelden:1 in (all) fairness to the boys it should be said … • in alle eerlijkheid moet worden opgemerkt dat de jongens …in all fairness she's a hard worker • eerlijk is eerlijk, zij is een harde werker -
53 frog
n. kikker, amfibiën zonder staart met gladde huid en lange achterpoten; decoratieve sluiting op een jas of jacket met een knoop en een lus; elastic harde substantie in de voetzool van een paard; (Beledigende Taal) Fransman[ frog]♦voorbeelden: -
54 fry
n. bakken, frituren--------n. jonge vis, broed(sel); kleine kinderen (sl.); kikkerdrillen--------v. bakken, braden, gebakken worden; gedood in de elektrische stoel (slang)fry1[ fraj] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: fry; vaak meervoud〉————————fry2〈werkwoord; fried〉2 braden ⇒ bakken, frituren♦voorbeelden:1 fry up • (op)warmen/bakken -
55 grime
n. vuil; vervuiling; vuiligheid--------v. bevuilen, vuil makengrime1[ grajm] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————grime2〈 werkwoord〉 -
56 hangnail
-
57 hidebound
adj. met nauwsluitende huid of schors; bekrompen; beperkt in zijn bewegingen[ hajdbaund] -
58 irritate
-
59 jaw
n. babbel; grijparm, tang; lasterlijke praat, vloeken (slang)--------v. kwetsen, zwammen, roddelen; overhalen; de les lezen, de huid vol scheldenjaw1[ dzjo:]1 kaak♦voorbeelden:1 lower/upper jaw • onder/bovenkaak1 praat ⇒ geklets, gezwam, geroddel♦voorbeelden:2 don't give me any jaw! • hou je gedeisd!2 klemplaat/blok 〈 van werktuig〉 ⇒ bek, klauw, wangstuk♦voorbeelden:————————jaw21 kletsen ⇒ zwammen, roddelen2 preken♦voorbeelden: -
60 lay open
v. blootleggen, onthullen, uitleggenlay open♦voorbeelden:¶ lay oneself open to • zich blootgeven, zich blootstellen aan 〈kritiek e.d.〉————————
См. также в других словарях:
huid — ˈhœ̅d, u̅e̅ Scotland variant of hood * * * huid Sc. f. hood … Useful english dictionary
huid — a knot used to join two parts of a fishing line (Scottish dialect) … Dictionary of ichthyology
huid — buba / skin … Woordenlijst Sranan
blanke huid — wetibuba … Woordenlijst Sranan
Haut — 1. A junge Haut schreit überlaut. (Schwäb.) 2. Alt heut bedörffen vil gerbens. – Franck, II, 36b; Eyering, I, 48; Egenolff, 47b; Petri, II, 10; Henisch, 1507, 43; Gruter, I, 4; Schottel, 1113; Gaal, 926; Körte, 2691. Lat.: Senem erigere durum.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Marita de Sterck — (* 16. August 1955 in Antwerpen) ist eine flämische Schriftstellerin. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Bibliographie 3 Auszeichnungen 4 Weblinks … Deutsch Wikipedia
Kong Kristian — Kong Christian stod ved højen mast Español: El Rey Christian estaba en el palo mayor Información general Himno Real de … Wikipedia Español
HUIR — (Del lat. fugere.) ► verbo intransitivo/ pronominal 1 Irse una persona o un animal de un lugar precipitadamente: ■ el ladrón huyó de la cárcel. REG. PREPOSICIONAL + de SINÓNIMO fugarse escapar ANTÓNIMO permanecer ► verbo intransitivo/ transitivo… … Enciclopedia Universal
Liste der Biografien/Hui — Biografien: A B C D E F G H I J K L M N O P Q … Deutsch Wikipedia
Orden del Císter — Nombre latino Ordo Cisterciensis Siglas O. Cist. Nombre común … Wikipedia Español
Erwin Mortier — Nom de naissance Erwin Mortier Activités écrivain Naissance 28 novembre 1965 Nevele, Belgiqu … Wikipédia en Français