-
1 economic boom
hoogconjunctuur (economische overvloed, winst, rijkdom) -
2 высокая конъюнктура
adjgener. hoogconjunctuurRussisch-Nederlands Universal Dictionary > высокая конъюнктура
-
3 процветание
ngener. opkomst, vooruitgang, welvaren, bloei, hoogconjunctuur, welvaart -
4 boom
n. lawaai, boem; gedreun; (haven)boom; arm van pickup--------v. dreunen; donderenboom1[ boe:m] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (dof, hol) gedreun ⇒ gebulder, gedaver2 hausse ⇒ (periode van) hoogconjunctuur, sterke loon/prijsstijging3 (hoge) vlucht ⇒ (plotselinge, krachtige) stijging/toename 〈in aanzien/rijkdom e.d.〉, bloei, opkomst♦voorbeelden:————————boom2♦voorbeelden:the clock boomed out • de klok dreundeII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 〈vaak +out〉bulderend/galmend/dreunend uiten -
5 boom
boom [boem]〈m.〉♦voorbeelden: -
6 Hochkonjunktur
-
7 Konjunktur
Konjunktur〈v.; Konjunktur, Konjunkturen〉♦voorbeelden:2 〈 figuurlijk〉 Konjunktur haben • (a) goed in de markt liggen 〈 van zaken〉; (b) veel gevraagd zijn 〈 van personen〉
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Немецкий
- Нидерландский
- Русский
- Французский