-
1 detachment
n. (het) afbreken; compagnie (mil.)[ ditætsjmənt] -
2 reserve
n. voorraad; reservedienst; reservaat; beheersing--------v. reserveren; bewaren; sparen, besparenreserve1[ rizzə:v]♦voorbeelden:1 have/keep something in reserve • iets in reserve hebben/houdenthe reserves • de reserve1 reserve ⇒ voorbehoud, bedenking2 gereserveerdheid ⇒ reserve, terughoudendheid♦voorbeelden:————————reserve2〈 werkwoord〉1 reserveren ⇒ achterhouden, in reserve houden♦voorbeelden:reserve for/to oneself the right to … • zich het recht voorbehouden om … -
3 restraint
n. zelfbeheersing, beheersing[ ristreent]1 terughoudendheid ⇒ gereserveerdheid, zelfbeheersing♦voorbeelden:without restraint • vrijelijk, in onbeperkte mate -
4 reticence
n. geslotenheid, stilzwijgendheid, verzwijging[ rettisns] -
5 remoteness
n. afgelegenheid, veraf zijn, afstand; gereserveerdheid -
6 reservedness
n. gereserveerdheid, terughoudendheid -
7 undemonstrativeness
n. gereserveerdheid, geslotenheid, terughoudendheid
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский