-
1 зачислять
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > зачислять
-
2 зачислить
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > зачислить
-
3 зачислять
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > зачислять
-
4 зачислить
Русско-голландский словарь коммерческих терминов > зачислить
-
5 credit
n. krediet, afbetaling; vertrouwen; recht, voorrecht; waardering; eer; in zijn voordeel--------v. geloven; crediterencredit1[ kreddit]♦voorbeelden:1 krediet3 tegoed ⇒ spaarbanktegoed, positief saldo♦voorbeelden:1 unlimited credit • onbeperkt/blanco kredietbuy on credit • op krediet/afbetaling kopen2 eer ⇒ lof, verdienste3 krediet(waardigheid) ⇒ solventie, goede naam♦voorbeelden:do you give credit to that story? • hecht jij enig geloof aan dat verhaal?lend credit to • bevestigen, geloofwaardig maken2 it does you credit, it is to your credit, it reflects credit on you • het siert je, het strekt je tot eerhe took the credit for it • hij ging met de eer strijkenthey have 30 albums to their credit • ze hebben 30 elpees op hun naamIV 〈 meervoud〉————————credit2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:2 credit an amount to someone/to someone's account, credit someone with an amount • iemand voor een bedrag crediteren -
6 gutschreiben
gutschreiben♦voorbeelden: -
7 kreditieren
-
8 записывать в долг
vgener. crediterenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > записывать в долг
-
9 кредитовать
vgener. crediteren (voor-íà) -
10 créditer
vcrediteren, als tegoed boeken -
11 nouveau
nouveau [noevoo],nouvel, nouvelle [noevel]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., soms v.〉♦voorbeelden:1 homme nouveau • nieuwlichter, coming manles nouveaux mariés • de pas gehuwdencréditer à nouveau • op een nieuwe rekening crediterenquoi de nouveau? • wat is er voor nieuws?à, de nouveau • opnieuwdu nouveau • iets nieuwsil y a du nouveau dans l'affaire • er is een nieuwe ontwikkeling in de zaakle nouveau • het nieuweun nouveau, une nouvelle • nieuweling(e)→ riche= nouvel; = nouvelle; adj1) nieuw2) ander -
12 créditer à nouveau
créditer à nouveau -
13 entlasten
entlasten♦voorbeelden: -
14 erkennen
erkennen♦voorbeelden:1 der Richter erkannte auf Freispruch • het vonnis van de rechter luidde: vrijspraakfür Recht erkennen • vonnis wijzenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 onderscheiden, waarnemen3 beseffen, inzien♦voorbeelden:erkennen lassen • blijk geven vanetwas zu erkennen geben • iets te verstaan geven -
15 jemandem einen Betrag gutschreiben
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem einen Betrag gutschreiben
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Немецкий
- Нидерландский
- Русский
- Турецкий
- Французский