-
1 braspartij
-
2 braspartij
-
3 braspartij
пиршество; кутёж; пиршество, кутёж, разгул* * *сущ.общ. кутёж, пиршество -
4 braspartij
n. binge, revel, orgy, period of excessive indulgence -
5 braspartij
vbombance f -
6 razzle-dazzle
-
7 binge
n. fuif, braspartij♦voorbeelden:go on the binge • fuiven, gaan stappen -
8 potation
n. (geestrijke) drank; teug; drinkgelag, braspartij[ pooteesjn] 〈 formeel of schertsend〉♦voorbeelden: -
9 кутёж
-
10 пиршество
ngener. braspartij, zwelgpartij -
11 razzle
[ ræzl], razzle-dazzle1 braspartij ⇒ lol, stappen♦voorbeelden:1 go/be on the razzle • aan de rol gaan/zijn, de bloemetjes buiten zetten -
12 revel
n. braspartij, feestelijkheid--------v. brassen, zwelgen; zwierenrevel1[ revl] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk meervoud〉♦voorbeelden:————————revel2〈werkwoord; Brits-Engels revelled〉♦voorbeelden:1 revel in • erg genieten van, zich te buiten gaan aanhe revels in his work • hij gaat volledig op in zijn werk -
13 revelry
n. braspartij; brasserij, gezwier; feestvreugde[ revlrie] 〈meervoud: revelries; ook meervoud met enkelvoud betekenis〉 -
14 riot
-
15 reveling
n. feestelijkheid, braspartij -
16 noce
noce [nos]〈v.〉2 bruiloftsstoet ⇒ bruiloftsgasten, -gangers♦voorbeelden:1 le jour de ses noces • zijn, haar trouwdagnoces d'or • gouden bruiloft1. f 2. nocesf pl -
17 bombance
-
18 ripaille
-
19 кутёж
-
20 пиршество
ngener. braspartij, zwelgpartij
Страницы
- 1
- 2