-
1 blokkeren
-
2 blokkeren
1 [algemeen] bloquer -
3 blokkeren
блокировать; осаждать; закрывать путь семафором; перекрыть, загородить; перегородить* * *гл.1) общ. (weg) перекрыть, осаждать, блокировать (тж. фин.)2) ж.д. закрывать путь семафором -
4 blokkeren
blockieren -
5 blokkeren
v. block, obstruct; hinder, thwart -
6 blokkeren
ww -
7 blokkeren
• to block• to disable• to jam -
8 blokkeren
1) blockera2) kvarter3) block4) klots5) avspärra -
9 blokkeren
bloke etmek v -
10 blokkeren
se mettre en travers -
11 een cheque blokkeren
een cheque blokkerenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een cheque blokkeren
-
12 fondsen/effecten/een rekening blokkeren
fondsen/effecten/een rekening blokkerenfreeze securities/stocks/an accountVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > fondsen/effecten/een rekening blokkeren
-
13 blokirati
blokkeren -
14 блокировать
blokkeren -
15 blocking up
blokkeren -
16 to disable
blokkeren -
17 to block
blokkerendichtdrukkensamenstellen van blokkensperrenstremmen -
18 to jam
blokkerenknellenvastlopen -
19 block
n. blok; versperring; (in computers) een verzameling tekst, die als eenheid wordt behandeld voor een bepaalde bewerking; stremming; obstructie--------v. versperren, blokkeren; vertragenblock1[ blok] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:block of marble • blok marmerhe lives four blocks away • hij woont vier straten verder(op)walk around the block • een straatje omlopenpsychological block • psychologische drempel→ old old/————————block21 blokkeren ⇒ blokken, obstructie plegenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 belemmeren ⇒ verhinderen, tegenhouden♦voorbeelden:block credits • kredieten bevriezenblock a bill • een wetsvoorstel tegenhoudenthe exits were blocked • de uitgangen waren versperdblock off • afsluiten, blokkerenblock out something on a photo • iets op een foto afdekken/wegwerkenblock up/in a window • een raam afsluiten/dichtspijkeren¶ block in/out • ontwerpen, schetsen -
20 jam
n. jam; file, verkeersopstopping--------v. vast (blijven) zitten, blokkeren, vastraken; dringen; jammen; vastzetten, klemmen. knellenjam1[ dzjæm]1 opstopping ⇒ gedrang; blokkering, stremming3 〈 verkorting〉[jam session]♦voorbeelden:2 be in/get into a jam • in de nesten/knoei zitten/raken1 jam♦voorbeelden:————————jam2〈 jammed〉1 vast (blijven) zitten ⇒ klemmen, blokkeren, vast raken2 dringen♦voorbeelden:the machine jammed • de machine liep vastII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vast zetten ⇒ klemmen, knellen; zeevast zetten2 (met kracht) drijven ⇒ dringen, duwen4 blokkeren ⇒ verstoppen, versperren♦voorbeelden:he jammed his spurs into the horse's flanks • hij gaf het paard de sporenthe typewriter keys jam • de schrijfmachinetoetsen blokkeren
См. также в других словарях:
MisterWiki/VF — Usuario:MisterWiki/VF Saltar a navegación, búsqueda Página principal de Vandal Fighter • Manual del usuario • Reportes de bugs • Solicitud de Requerimientos • Versiones anteriores de Vandal Fighter • Notas de desarrollo… … Wikipedia Español
blockieren — Vsw std. (17. Jh.) mit Adaptionssuffix. Entlehnt aus frz. bloquer (zunächst: mit einem Fort versehen ), einer Ableitung von frz. blocus Festungsfort , dieses aus mndl. bloc hūs Verteidigungsstellung aus Balken , unter Rückgriff auf frz. bloc… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache